e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
maasnaalde maasnaald:   mādnøl (Achel), māsnǭl (Boorsem), māsnǭlj (Grevenbicht / Papenhoven), mǭsnajl (Tessenderlo) II-7
maasraaf bonte kraai:   maasròòf (Maastricht) III-4-1
maasroede wis van bepaalde soort:   mǭsruj (Tessenderlo) II-12
maasruts alver: vis  maasröts (Altweert, ... ), blankvoorn, voorn: WLD  maasruts (Weert), rietvoorn: WLD  maasruts (Weert) III-4-2
maasrutsje alver:   maasrötske (Nederweert) III-4-2
maasschaap schaap van een ras grote schapen met een witte vacht:   māsšǭp (Meijel  [(wit met rode kop en poten)]  ) I-12
maasslad lopen zakdoek leggen: pag. 20: Op de speelplaats als de kinderen naar school gingen, speelden ze ook allerlei spelen. Om een groep samen te krijgen, ging men schouder aan schouder rond al zingend: Al deë mieduut iet sjoen speeln, Al deë... Soms zongen ze ook de naam van het spel dat ze wilden zoals: Al dë mieduut maosslad lope. Als de groep voldoende groot was, werd er gezongen: Bè genoegte... bè genoegte...  maosslad lope (Diepenbeek) III-3-2
maastricht dorpskom:   məstrééch (Maastricht) III-3-1
maastrichtenaars oude aardappelsoorten:   mǝštrēxtǝnēš (Oirsbeek) I-5
maastrichtenaren dorpsgenoot: specifiek:   mestreechteneers (Maastricht) III-3-1