e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L427p plaats=Obbicht

Overzicht

Gevonden: 2561
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zijwortel wortelen: wortele (Obbicht) (dwars)wortels van een boom [N 27 (1965)] III-4-3
zitten zitten: zitte (Obbicht) zitten [SGV (1914)] III-1-2
zoden afsteken steken: stē̜kǝ (Obbicht) Een object russen, vlaggen, zoden enzovoorts is niet gedocumenteerd. [N 14, 78; N 27, 39g; N 18, add.; JG 1b] I-8
zoeken zoeken: zeuke (Obbicht) zoeken [SGV (1914)] III-1-2
zoethout zoethout: zeuthout (Obbicht) zoethout [SGV (1914)] III-2-3
zolder zolder: zøͅldər (Obbicht) zolder [SGV (1914)] III-2-1
zolder boven de dorsvloer overden: ø̜̄vǝr[den] (Obbicht) De zolderruimte boven de dorsvloer, bestemd voor het bergen van graan als er in de tasruimte naast de dorsvloer geen plaats meer was, ook voor stro en hooi (echter niet algemeen). Zie voor het type overschelf(t) Goossens 1959, m.n. 56, 57 en 59. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel (den) het lemma "dorsvloer" (3.2.1) en voor (schelf(t)) het lemma "koestalzolder" (3.4.1). Zie ook afbeelding 14.b bij het lemma "dorsvloer" (3.2.1). [N 5A, 68a; N 5, 84; JG 1a, 1b, 2a en 2c; A 16, 5b; L 47, 8b; L 48, 11; Lu 2, 11; S 50; monogr.; add. uit: N 4A, 12g en 13d; A 7, 32] I-6
zomen zomen: zø̜jmǝ (Obbicht) Van zomen voorzien. Zie ook het lemma ɛzoomɛ.' [N 59, 65; N 62, 14b; L 8, 127; MW; S 46; monogr.] II-7
zonde zonde: zunj (Obbicht) zonde [SGV (1914)] III-3-3
zonden zonden: zunj (Obbicht) zonden (mv.) [SGV (1914)] III-3-3