e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q032p plaats=Schinnen

Overzicht

Gevonden: 4527
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
betrappen betrappen: betrappen (Schinnen), traperen (<fr.): trapeerə (Schinnen) een dief bij het stelen verrassen [betrappen, attraperen] [N 90 (1982)] III-3-1
betrekken (lucht) betrekken: de loech betrëkt (Schinnen), gaan betrekken: ət geit bətrèkkə (Schinnen) eerst helder zijn, maar daarna dreigen te gaan regenen, gezegd van het weer [zich berouwen] [N 81 (1980)] III-4-4
betten van een wonde baden: bèèë (Schinnen), betten: betten (Schinnen) lessen: Een wonde betten (lessen, betten). [N 84 (1981)] III-1-2
beugelen beugelen: beugele (Schinnen, ... ) Het balspel waarbij een bal door een ijzeren ring, beugel geslagen moet worden [beugelen, klossen, kolven]. [N 88 (1982)] III-3-2
beugelring beugel: beugel (Schinnen, ... ) De ijzeren ring van de beugelbaan [beugel, poort, ring]. [N 88 (1982)] III-3-2
beuk beuk: beuk (Schinnen, ... ), groene beuk: greun beuk (Schinnen), rode beuk: roet beuk (Schinnen) beuk [SGV (1914)] || beuk (Fagus) [DC 39 (1965)] III-4-3
beukennootje beukennootje: beukeneutjes (Schinnen) beukennootje [DC 39 (1965)] III-4-3
beurs achter in de kerk: achter in de kirk (Schinnen) De ruimte achter in de kerk, tussen de laatste bank en de deur van het kerkportaal [de beurs?]. [N 96A (1989)] III-3-3
beurs, overrijp faux: fooek (Schinnen) beursch (de peer is ~) [SGV (1914)] III-2-3
bevallen bevallen: bevalle (Schinnen), bevallen (Schinnen) Bevallen: een kind ter wereld brengen (bevallen, vallen, een kindje krijgen, kinderen winnen, omschudden, kopen). [N 84 (1981)] III-2-2