e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L286p plaats=Hamont

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
woest, onachtzaam lopen wild lopen: weld luəpən (Hamont), wēld luəpən (Hamont) lopen: woest, onachtzaam lopen [ragge, bollieje] [N 10 (1961)] III-1-2
wolfsdak franse kap: frānsǝ kap (Hamont) Zadeldak waarvan de topgevels zijn afgeknot. [N 4A, 23a; div.] II-9
wolfseinde kapje: kɛpkǝ (Hamont) Driehoekig dakvlak boven een afgeknotte gevel. [N F, 47c; N 4A, 23b; N 4A, 23a; monogr.] II-9
wolfsgebit, gebroken gebit trens: trɛ.ns (Hamont), trensgebit: trɛ.ns˲gǝbē.t (Hamont) Dit bit, gebruikt om moeilijke paarden te beteugelen, heeft een stang die in het midden scharniert. Het wordt vooral gebruikt bij rijpaarden. Op verscheidene plaatsen heeft dit soort bit kennelijk geen aparte naam. Dit wordt uitdrukkelijk gemeld voor: Q 80, 152, 162, 182. Er bestaan ook wolfsgebitten met een beugel in het midden om moeilijke paarden te beteugelen. De namen voor de twee types worden niet strikt uit elkaar gehaald. [JG 1a, 1b, 2b; N 13, 43] I-10
wonde wonde: di won zal ätərən (Hamont), won (Hamont, ... ) Die wonde zal etteren [ZND 23 (1937)] || een wonde met warm water baden [ZND 32 (1939)] III-1-2
wonen huizen: hūzə (Hamont), wonen: wonə (Hamont), wōənə (Hamont) huizen || wonen [ZND 08 (1925)] III-2-1
woonkamer, huiskamer goede keuken: gui̯ kø&#x0304kə (Hamont) zitkamer III-2-1
woord woord: wô:rt (Hamont), ə wōrt, ə wōrtjə, dɛ zin schwonw"rd (Hamont) Een woord, een woordje, dat zijn schone woorden. [ZND 08 (1925)] || woord [RND] III-3-1
wormbulten gezwel: gǝzwē̜l (Hamont) In de zomer leggen runderhorzels hun eitjes aan de haren van het rund. Na enkele dagen kruipen er larven uit de eitjes. Deze dringen het lichaam binnen langs de haren en het haarzakje, doorboren de huid en groeien langzamerhand uit. In de winter komen ze vooral onder de huid van de rug terecht. Iedere plek waar een larve zit, vormt een bultje, de wormbult. Om te kunnen ademen doorboort de larve de huid van het rund. Dit veroorzaakt wondjes die gemakkelijk ge√Ønfecteerd kunnen raken, waardoor zeer uitgebreide verettering kan ontstaan. Zie ook het lemma ''wormbulten'' in wbd I.3, blz. 478-479. [N 52, 22; N 3A, 83b; A 48A, 35; monogr.] I-11
worst worst: wōrst (Hamont), wōͅrst (Hamont) worst [ZND 04 (1924)] III-2-3