e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q111p plaats=Klimmen

Overzicht

Gevonden: 7823
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zool van een schoen schoenslap: sjoonslap (Klimmen), zool: zaol (Klimmen) zool van een schoen [N 24 (1964)] III-1-3
zoolbeslag stuk: štø̜k (Klimmen) Stuk leer, rubber of hout dat onder de zool van de klomp wordt aangebracht. [N 24, 71; monogr.] II-12
zoom zoom: zǫwm (Klimmen) De omgeslagen en vastgenaaide rand aan een stuk weefsel of een kledingstuk. Volgens Het Beste Naaiboek (pag. 290) zijn er drie soorten zomen: de omgeslagen zoom, de valse zoom en de apart aangezette zoom. Zie afb. 38. [N 62, 14a; L 8, 126; Gi 1.IV, 15; MW; S 46; monogr.] II-7
zoom in de huif schuif: šȳf (Klimmen) Open zoom in de huif, waardoor een koord loopt waarmee men de huif kan vastsjorren. [N 17, 75] I-13
zoon zoon: zoin (Klimmen) zoon [SGV (1914)] III-2-2
zout zout: zawt (Klimmen) zout [DC 03 (1934)] III-2-3
zuchten kuimen: kume (Klimmen), zuchten: zöchte (Klimmen) zuchten [snokke] [N 10 (1961)] III-1-4
zuigen lemmelen: lèmmele (Klimmen), noeken: nōēke (Klimmen), zuigen: soeGke (Klimmen), zuiken: zoeke (Klimmen), zōēke (Klimmen, ... ) limonade door een rietje zuigen [DC 35 (1963)] || zuigen [DC 38 (1964)] || zuigen [suuke, snekke] [N 10 (1961)] III-2-3
zuigfles fles: flesj (Klimmen), kinderfles: de kingerflesj (Klimmen) zuigfles; een fles met speen om zuigelingen met melk te voeden [teuter, lots, tutter, teuterfles] [N 86 (1981)] III-2-2
zuigkanaal loftkanaal: lufkanāl (Klimmen  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Maurits]) Verbinding van de hoofdventilator met de uittrekkende schacht. Doordat de hoofdventilator de verbruikte lucht uit de mijn zuigt, ontstaat er een onderdruk in de mijn waardoor de verse lucht door de intrekkende schacht blijft toestromen. [N 95, 209] II-5