e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 17121

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
aangesneden beleg aangelegd bezetsel: āngǝlax bǝzɛtsǝl (Neeroeteren), aangesneden beleg: aangesneden beleg (Opglabbeek), āngǝsnējǝ bǝlęq (Geleen), āngǝšnējǝ bǝlęk (Born), āngǝšnējǝ bǝlęx (Reuver), aangesneden belegsel: aangesneden belegsel (Hopmaal), āngǝsnējǝ bǝlęxsǝl (Venlo), āngǝsnējǝ bǝlɛksǝl (Stein), āngǝšnējǝ bǝlęqsǝl (Tegelen), ɛngǝsnęjǝ bǝlęxsǝl (Meijel), aangesneden bezets: āgǝšnęjǝ bǝzęts (Doenrade), ājǝšnęjǝ bǝzęts (Bleijerheide), aangesneden bezetsel: agǝsnējt bǝzęǝtsǝl (Horst), āngǝsnejǝ bǝzetsǝl (Herten), āngǝsnōjǝ bǝzętsǝl (Eisden), ǭngǝsniǝ bǝzętsǝl (Bilzen), aangesneden kant: āngǝsnējǝ kanjtj (Echt), belegsel in één stuk: bǝlęqsǝl in ęj štø̜k (Ransdaal), bezetsel van één stuk: bǝzętsǝl van ęjn støk (Lanaken), deraan gesneden voorkant: dǝrɛn gǝsnęjǝ vørkant (Meijel), smal beleg: šmāl bǝlęq (Voerendaal) Aangeknipt belegsel. Zie ook de toelichting bij het lemma ɛbelegɛ.' [N 59, 114b] II-7
aangetaste uier aangestoken kwartier: āngǝstōkǝ kǝrtēr (Leut), driedeem: dridēm (Blitterswijck, ... ), drii̯dēm (Tungelroy), driedemer: dręi̯dēmǝr (Panningen), hard kwartier: hart kǝtēr (Broekhuizenvorst), krank kwartier: kraŋk kwartēr (Herten), lamme deem: lām dē̜m (Meeswijk), ontstoken kwartier: ontstōkǝ kǝrtēr (Sibbe / IJzeren), ontštǭkǝ kwartēr (Voerendaal), ontstoken vierdel: ontstǭkǝ vii̯dǝl (Noorbeek, ... ), vals kwartier: vals kwartēr (Montfort), wrangkwartier: vraŋkwartēr (Heerlen), wrangstuk: vraŋstø̜k (Swalmen), zieke uier: zēk yi̯ǝr (Tungelroy), zwerende deem: zwē̜rǝndjǝ diǝm (Ell) De door ontsteking aangetaste uier of één van de kwartieren die aangetast is. [N 52, 6b; A 48A, 10c, 11b; monogr] I-11
aangetrouwd aangestrikt: schertsend  aangestrikt (As, ... ), aangetrouwd: aa.ngetroeəd (Hasselt), aangetroutj (Altweert, ... ), aangetrouwdj (Echt/Gebroek), aa’jetrouwd (Bleijerheide, ... ), ao.(ën)getrout (Zonhoven), aongetroude femilie (Maastricht, ... ), aongetrouw (Maastricht), oogetrouwd (Beverlo), ángetrowd (Castenray, ... ), ántrowwe (Merselo), lett.  aangetruidsj (As, ... ) aangehuwd || aangetrouwd || aangetrouwd of verwant || aangetrouwd; door trouwen aan familie (etc.) verwant || aangetrouwde familie || aanverwant; aangehuwd || door het huwelijk aanverwant worden || verwantschap; aangetrouwde familie III-2-2
aangeven aangeven: (het rund wordt) ājǝgēvǝ (Kerkrade), angē̜vǝ (Milsbeek), ā.ngē̜vǝ (Sittard), āgē̜vǝ (Oirsbeek), āngēvǝ (Buchten, ... ), āngē̜vǝ (Neeritter), ǭwngɛ̄vn (Neerpelt), ɛngēvǝ (Ottersum), afgeven: ǫf˲gē̜vǝ (Milsbeek), afpakken: āfpakǝ (Sittard), geslacht gewicht aangeven: gǝšlaxt gǝwex āngē̜vǝ (Tegelen), markeren: markǝrǝ (Grazen), verifiëren: (het gewicht wordt) gǝvɛrviērt (Gulpen), gǝvɛrfiērt (Nuth), vørvi-jērǝn (Hoensbroek) Aangeven van het gewicht van een te slachten rund bij de belastingdienst. [N 28, 1] || Elkaar de stenen aangeven. [monogr.] II-1, II-8
aangeven, verklikken aanbrengen: aanbringe (Ell, ... ), áábrīngə (Heerlen), Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!  āābrīngə (Nieuwenhagen), aandragen: aadraarə (Vaals), aadrachə (Eupen), aandraage (Herten (bij Roermond)), aandraege (Grubbenvorst), aandrage (Ittervoort, ... ), aandragen (Noorbeek), aandrāge (Gulpen), aandregen (Roggel), andraage (Venray), ààndrààgə (Susteren), ààndrááge (Swalmen), èndraagə (Meijel), Opm. persoon heet ándrèger.  ándrage (Tienray), aangeven: a-jeëve (Kerkrade), aa-geëve (Mheer), aagaeve (Klimmen), aageave (Simpelveld), aageevu (Brunssum), aageëve (Waubach), aagĕĭve (Gulpen), aagéve (Merkelbeek), aangaeve (Blerick, ... ), aangaevə (Guttecoven), aangaive (Ell, ... ), aangāēve (Sevenum), aangeave (Lutterade), aangeevə (Oirsbeek), aangeĕve (Hoensbroek), aangeive (Vlodrop), aangeiven (Born), aangeve (Amby, ... ), aangeven (Bree, ... ), aangeëve (Ten-Esschen/Weustenrade), aangēve (Gulpen, ... ), aangĕĕve (Schimmert), aangève (Geulle, ... ), aangèven (Ophoven), aangééve (As, ... ), aangéévə (Grathem, ... ), aangéévən (Urmond), aangêve (Stein), aawngeve (Jeuk, ... ), agaeve (Eys), angaeve (Oirlo), angéve (Meijel), angêve (Venray), aongeevə (Maastricht, ... ), aongeve (Maastricht, ... ), aongevə (Maastricht), ā.geͅ.avə (Eys), oangêve (Hoeselt), oángeven (Eksel), sjtiekem aangaeve (Swalmen), zich agève (Wijlre), zig aangéévə (Heel), àngeven (Maastricht), ààngééve (Swalmen), ààngéévə (Susteren), ángaeve (Venray), ángève (Tienray), áá-géévə (Epen), áá-gëëve (Schaesberg), áágêêvə (Heerlen), èngéévə (Meijel), Algemene opmerking v.d. invuller: in het Meerlos dialect bestaat geen uitgangs "n"!  angève (Meerlo, ... ), Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!  āāgééëvə (Nieuwenhagen), ps. omgespeld volgens Frings!  a͂ngi̯eͅvə (Houthalen), ps. omgespeld volgens RND!  a͂ngēͅvə (Meeuwen), aanschieten: a sjiete (Wijlre), aansjiete (Geleen, ... ), aansjieten (Stein, ... ), aansjietə (Schinnen), aansjīētə (Roermond), aaschiete (Hoensbroek), aaschietə (Schaesberg), aasjiehte (Waubach), aasjietə (Doenrade), aasjīēte (Waubach), aasjīētə (Eys), aazjiesə (Vaals), ā.šī.tə (Eys), áásjīētə (Heerlen), Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!  āāsjiētə (Nieuwenhagen), minder netjes  aa-sjiete (Nieuwstadt), aanspannen: aashpannu (Brunssum), achterbaks (bn.): Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller noteert bij spellingssysteem: WBD-WLD, behalve je = dj.  ágtərbáks (Opglabbeek), bletsen: bletchen (Dilsen), bletsche (Molenbeersel), blétsjən (Leut), blêtse (Geistingen), doorhalen: doorhaolen (Venlo), dragen: dròəgə (Oud-Waterschei), erbij lappen: dərbiej làpə (Heel), erin luizen: d’r in loëze (Sevenum), eemus d’r inlŏĕze (Sevenum), kazelen: kaazələ (Beek (bij Bree)), kazelen (Gruitrode), klaffen: vgl. Kerkrade Wb. (pag. 139): klafe, kletsen, klikken, roddelen.  klafe (Kerkrade), klappeien: klepeie (Grubbenvorst), klappen: klappe (Swalmen), klappen (Maasbree), klatsen: klatsje (Nieuwstadt, ... ), kleppen: kleppe (Groot-Gelmen, ... ), kleppen (Broekhuizenvorst, ... ), kleppə (Meterik), klèppən (Diepenbeek), klèèpə (Kortessem), kléppə (Borlo, ... ), Opm. v.d. invuller: dit wordt gezegd van kinderen aan ouders of onderwijzers.  kleppe (Tienray), klepsen: klepsje (Valkenburg), kletsen: kletse (Gronsveld, ... ), kletsje (Cadier, ... ), klètsə (Oud-Waterschei), van angere kletsen (Panningen), klikken: klikke (Baexem, ... ), klikken (Eys, ... ), klikkə (Venlo), (bij kinderen).  klikken (Venray), ps. omgespeld volgens RND!  klekə (Meeuwen), kwekken: kwekke (Bolderberg), kwekken (Hechtel), kwékkə (Heppen), kwékkən (Houthalen), muilen: moele (Gulpen), overbrieven: euverbreeve (Venlo), euverbreve (Stokkem), euverbreven (Blerick), iêverbreve (Bree), éúvərbreevən (Leut), overdragen: euverdraage (Mechelen-Bovelingen), euverdrage (Stokkem), euverdragen (Eksel), euvərdrage (Opgrimbie), īēverdrāge (As), jèverdroage (Eigenbilzen), uvvərdroajə (Heppen), (= overdragen).  jèverdroage (Eigenbilzen), overkletsen: īēverklètse (As), roddelen: roddele (Beesel), rodderen: roddere (Venlo), verklappen: verklappe (Brunssum, ... ), verklappen (Arcen, ... ), vèrklappə (Guttecoven), vərklappə (Genk), verkleppen: verkleppe (Broekhuizenvorst), vəsklèppən (Diepenbeek), verkletsen: verkletse (Maastricht), verkletsen (Bree), verkletsje (Berg-en-Terblijt), vərklètse (Gennep, ... ), vərklètsə (Maastricht, ... ), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: deze lijst heb ik letterlijk, zoals invuller het genoteerd heeft overgenomen!  vərklètsə (Maastricht), verklikken: verklikke (Baarlo, ... ), verklikken (Arcen, ... ), vèrklikkə (Montfort), vərkl‧ikkə (Grathem, ... ), verlinken: verlinke (Blerick, ... ), verraden: ver-râôje (Schimmert), veraoje (Maastricht, ... ), veroaje (Maastricht, ... ), verrao (Klimmen, ... ), verraoie (Venray), verraoje (As, ... ), verraojen (Bree), verraojje (Amby), verroaijen (Born), verroane (Simpelveld), verrouje (Boekend, ... ), verrŏje (Meijel), verrŏnne (Vijlen), vèrraojə (Montfort), vèrraonə (Epen), vəroajə (Heppen), vərraoje (Maastricht), vərraojə (Maastricht, ... ), vərraojən (Urmond), vərròòjə (Kapel-in-t-Zand), vərr‧oͅanə (Eys), vəràən (Kwaadmechelen), vəròjə (Hechtel), ps. boven de "Ø"staat nog een dakje; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen!  verrōje (Stein), ps. omgespeld volgens Frings!  vərujə (Houthalen), zwetsen: zjwètse (As), zwetse (Nunhem), zwetsen (Meeuwen) een overtreding of misdrijf bekend maken aan de overheid [aangeven, verklikken, verklappen] [N 90 (1982)] || heimelijk een overtreding of misdrijf aangeven [bij de overheid] [klikken, verklikken, paanderdragen, klikspanen] [N 90 (1982)] || klikken; Welk woord gebruikt u in uw dialect voor het doorvertellen aan vader, moeder of onderwijzer van iets, waarvoor een ander kind straf kan krijgen? [DC 48 (1973)] III-3-1
aangooien aangooien: aangooien (Schimmert), angojǝ (Meijel), angōjǝ (Milsbeek), āngūjǝ (Diepenbeek), met een laag of vijf: met˱ ǝn lǭx˱ ǫf ˲vī̄f (Sittard), opbritsen: ǫp˱bretšǝ (Nunhem), opdragen: ǫp˱drāgǝ (Tungelroy), opgooien: ǫp˲guǝjǝ (Ell), ǫp˲gū.jǝ (Nunhem), ǫp˲gūjǝ (Borgharen, ... ), opsteken: opštē̜kǝ (Klimmen), opwerpen: opwę ̞rǝpǝ (Spekholzerheide), stenen prikken: stęjn prekǝ (Elsloo), štę ̞ŋ plekǝ (Bocholtz) Elkaar de stenen toewerpen. [monogr.] || Het opgooien van stro of riet door de helper van de dekker. [N F, 43] II-8, II-9
aanhaakketting aanhaakketting: ānhākkęteŋ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), aanslagketting: ānslaxkęteŋ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]), chelin: šǝlẽ̜ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Beringen]), koppelketting: kǫpǝlkęteŋ (Zie mijnen  [(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]  [Eisden]), sleepketting: sleepketting (Zie mijnen  [(Eisden)]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]) Ketting van twee tot drie meter lengte. Aan de beide uiteinden ervan bevindt zich een haak die aan de mijnwagens bevestigd kan worden. [monogr.; Vwo 6; Vwo 13; Vwo 238; Vwo 451] II-5
aanhangen aanhangen: ā̄.nhaŋǝ (Ittervoort, ... ), ā̄nhaŋǝ (Tongeren), ǫnhaŋǝ (Sint-Truiden), ǭ.nhaŋǝ (Kanne, ... ), ǭ̄nhaŋǝ (Alken, ... ), afhangen: ǭ.fhaŋǝ (Sluizen), bijhangen: bęǝhaŋǝ (Berlingen), inhangen: ęnhaŋǝ (Rutten, ... ) De meelzak met behulp van de zakhaakjes aan de meelpijp of meelbak bevestigen. [Jan 170; Coe 155; Coe 155 add.; Grof 183] II-3
aanhangkap aanbouwbeel: aanbouwbeel (Eisden  [(Eisden)]   [Zwartberg, Waterschei]), aangehangen beel: aangehangen beel (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Zwartberg, Eisden]), aanhangkap: aanhangkap (Stein  [(Maurits)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), āhaŋkap (Bleijerheide  [(Domaniale)]  , ... [Maurits]  [Domaniale]  [Domaniale]), ānhaŋka.p (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), aanhangkapje: ānhaŋkɛpkǝ (Heerlen  [(Oranje-Nassau I-IV)]  , ... [Julia]  [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), beel: beel (Rekem  [(Zwartberg / Eisden)]   [Zolder]), beeltje: bēlkǝ (Zolder  [(Zolder)]   [Emma, Maurits]), haarmannkap: haarmannkap (Oirsbeek  [(Emma)]   [Maurits]), hangkap: haŋkap (Heerlen  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Laura, Julia]), ijzeren kap: īzǝrǝ kap (Buchten  [(Maurits)]   [Emma, Maurits]), inhangkap: enhaŋkap (Geleen  [(Maurits)]  , ... [Emma]  [Wilhelmina]  [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), kap: kap (Bleijerheide  [(Domaniale)]  , ... [Maurits]  [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]  [Eisden]  [Domaniale]), kapje: kɛpkǝ (Brunssum  [(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]  , ... [Eisden]  [Emma, Hendrik, Wilhelmina]), koppelkap: kopǝlkap (Bleijerheide  [(Domaniale)]  , ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]  [Domaniale]  [Domaniale]), kǫpǝlkap (Klimmen  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Domaniale]), krokodil: krokodel (Eisden  [(Eisden)]   [Zwartberg, Waterschei]), krokodilbeel: krokodilbeel (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Eisden]), losse beel: ǫsǝ bēl (As  [(Zwartberg / Waterschei)]   [Winterslag, Waterschei]), scharnierbeel: šarnērbēl (As  [(Zwartberg / Waterschei)]   [Zwartberg, Waterschei]), scharnierkap: šanērkap (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Emma]), voorhangkap: vyrhaŋkap (Chevremont  [(Julia)]   [Willem-Sophia]), voorspanbeel: vīrspanbēl (As  [(Zwartberg / Waterschei)]   [Winterslag, Waterschei]), voorspankapje: vȳršpankɛpjǝ (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Maurits]) Algemene benaming voor verschillende typen metalen kappen die bij ondersteuning in pijlers toegepast worden. Er bestaan verschillende soorten pijlerkappen, zoals de Haarmannkap, de Gutehoffnungshüttekap en de Van Werschkap. Pijlerkappen kunnen los naast elkaar worden geplaatst, maar ze kunnen ook onderling met elkaar worden verbonden. Daarnaast zijn er kappen die aan de reeds bestaande kunnen worden bevestigd en tegen het dak rusten en dit voorlopig ondersteunen zonder dat er een stijl onder is geplaatst. Dit type kap wordt vooral toegepast in mechanische pijlers waar een stijlenvrij koolfront noodzakelijk is (MBK III pag. 92-93). [N 95, 609; N 95, 363] II-5
aanhitsen aanheksen: aa’hekse (Bleijerheide, ... ), aanhissen: aanhèsse (Maasbree), ánhisse (Castenray, ... ), ânhisse (Oirlo), ideosyncr.  aanhisse (Neer), aanhitsen: aahietsje (Heerlerheide), aanhetse (Blerick), cassettebandje  aanhitsen (Meijel), eigen spellingsysteem  anhitse (Meerlo), IPA  oͅnhitsə (Kwaadmechelen), Veldeke  aa’hitse (Waubach), WBD/WLD  ààhīētsə (Heerlen), aankissen: aakisje (Geleen), aankieste (Swalmen), aankitsjen (Geleen), aankiëze (Venlo), aanzetten van bv een hond  aankisse (Altweert, ... ), ve hond  aankeze (Venlo Wb, ... ), Veldeke  aa’kiesje (Waubach), WBD/WLD  àànkĭĕsjə (Susteren), aanschikken: aansjíkke (Pey), aanzetten: aanzette (Geleen), hissen: hisse (Castenray, ... ), hissen (Eigenbilzen, ... ), \'oude\' spelling  hisse (Meijel), eigen spellingsysteem  hisse (Ell), ideosyncr.  hisse (Neer), ook: kaud maoke; koejoniëre; ploëge; opjaoge  heese (Bilzen), Veldeke  hiese (Nunhem), hiesse (Klimmen), Veldeke (aangepast)  hisse (Tienray), hitsen: (h)eͅi̯stə (Niel-bij-St.-Truiden), hitse (Geulle, ... ), hitsen (Montfort, ... ), hitsje (Schimmert), hitsə (Epen), híetse (Gulpen), hítse (Blerick), hítsen (Ittervoort), Endepols  hitse (Heer, ... ), ideosyncr.  hitse (Thorn), hitsen (Maastricht), WBD/WLD  hietsə (Simpelveld), hitse (As), hitsə (Opglabbeek), hĭĕstə (Beesel), ± WLD  hietsə (Wijnandsrade), hitsig maken: hītsig make (Herten (bij Roermond)), hêtsig make (Herten (bij Roermond)), judassen: joedasse (Heerlerbaan / Kaumer / Bauts / Rukker), ideosyncr.  judassen (Doenrade), WBD/WLD  joedassə (Kapel in \'t Zand), kissen: kešə (Meeswijk Wl), kiesje (Noorbeek, ... ), kiesjen (Maasniel), kiessje (Klimmen, ... ), kiēsje (Doenrade), kisje (Lutterade, ... ), kitsjen (Geleen), kĭēsjə (Schimmert), kísje (Pey), \'kiesje - kiejsde - gekiesj\'  kiesje (Maastricht), \'sch wordt op z\'n duits uitgesproken\'  kiessche (Amby), eigen spellingsysteem  kiesje (Schinnen), kisje (Geleen), ideosyncr.  kiche (Susteren), kisse (Thorn), Veldeke  kiesje (Echt / Gebroek), WBD/WLD  kisje (Caberg), kisjə (Grevenbicht / Papenhoven, ... ), kisjən (Urmond), WBD/WLD \'= ten aanval jagen\'  kisse (As), WLD (? - moeilijk leesbaar)  kissjə (Doenrade), koeioneren: ook: kaud maoke; opjaoge; ploëge; (vero.) heese  koejoniëre (Bilzen), WBD/WLD \'é leunt aan bij ö\' \'= plagen\'  koejenéére (As), kwaad maken: kōͅt mōͅkə (Beverlo), ook: opjaoge; koejoniëre; ploëge; (vero.) heese  kaud maoke (Bilzen), ophissen: WLD  ophisjö (Itteren), ophitsen: ophietse (Eys, ... ), ophitse (Geulle, ... ), ophitsen (Hoeselt, ... ), ophitsə (Maastricht), ophitze (Vaals), ophìtse (Roermond), Bree Wb.  ophitse (Bree), eigen spellingsysteem  ophitsen (Merkelbeek), ideosyncr.  ophitse (Kerkrade, ... ), ophitsen (Velden), Veldeke 1979 nr. 1 (? aphitse - moeilijk leebaar)  ophitse (Venray), Veldeke, eventueel aangevuld met systeem Jones \'ie = lang uitgesproken\' (?)  ophietse (Gulpen), WBD/WLD  ophitse (Lutterade), ophitsə (Maastricht, ... ), ophitzen (Stein), ophìtsen (Ophoven), òphitsə (Amstenrade, ... ), opjagen: ook: kaud maoke; koejoniëre; ploëge; (vero.) heese  opjaoge (Bilzen), opjenzen: opjenze (Bunde), opjutten: opjutten (Venlo), opnaaien: ideosyncr.  opnèje (Roermond), WLD \'?\'  opneije (Steyl), opstoken: Veldeke  opsjtäöke (Haelen), opswensen: òpsjwén’sə (Sittard), pesten: peste (Wessem), plagen: ploggen (Ospel), eigen spellingsysteem  plaoge (Merkelbeek), Endepols  plaoge (Maastricht), ook: kaud maoke; koejoniëre; opjaoge; (vero.) heese  ploëge (Bilzen), WBD/WLD  plaogə (Roermond), sarren: sarren (Stein), stouwen: stouwe (Maaseik Wb, ... ), tengelen: Gronsveld Wb  tengele (Gronsveld), tergen: terge (Sittard), ideosyncr.  tirge (Melick), WBD  tèèrgə (Meijel), WBD/WLD  terge (As), treiteren: traetere (Sittard), ideosyncr.  treitere(n) (Noorbeek), WLD \'[tr\'t\\r\\n]  trèteren (Eksel), vals maken: WBD/WLD  vals maoke (Kapel in \'t Zand) aanhitsen || aanhitsen ve hond || Hoe noemt u een hond kwaad maken, aanhitsen (hitsen, hissen, opkiezen) [N 83 (1981)] || hond ophitsen, aanhitsen [N 02 (1960)] || ophitsen ve hond III-2-1