e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P120p plaats=Alken

Overzicht

Gevonden: 2431
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kniezen nooit content: nooit kőͅntent (Alken) Hij is altijd aan t kniezen (ontevreden, morren). [ZND 28 (1938)] III-1-4
knijpen pitsen: pitse (Alken, ... ), pitsen (Alken) die schoenen knellen mij (doen pijn) [ZND 28 (1938)] || iemand in de arm nijpen [ZND 34 (1940)] III-1-2
knikkebenen doorzakken: doorzakken (Alken) Met doorknikkende knieën lopen (kwakke(le)n, knikken, doorzakken). [N 109 (2001)] III-1-2
knikker klits: klits (Alken), maai: Sub meë: kabas (Hasselt) - moï (Diepenbeek) - scheut (Beringen) - scheuit (Bocholt) - mao (Alken) - klits (Spouwen) - huif (Rijkhoven) - sjiethuif (Vlijtingen) - sjietaive (Munsterbilzen) - kassendouw (Nieuwerkerken) - kassendui (Sint-Truiden) - marmel (Maaseik).  mao (Alken) Knikker. || Knikker: de kleine (van steen of glas). [ZND 16 (1934)] III-3-2
knikkeren klitsen: kletsə (Alken) Over het knikkerspel: het knikkeren. [N R (1968)] III-3-2
knikkeren: met grote knikkers ~ kartetsen: kərtɛsə (Alken) Hoe worden (werden) de verschillende knikkerspelen genoemd? [N R (1968)] III-3-2
knikkerkuiltje kotje: kuutje (Alken) het holletje in de grond bij t knikkeren [kuil, kuiltje, putje, O, demke] [N 112 (2006)] III-3-2
knikkers laten rollen trullen: kuutje trule (Alken) knikkers in een kuiltje gooien [stoeken, stuiten] [N 112 (2006)] III-3-2
knikkers laten stuiteren botsen: botse (Alken) knikkers laten stuiteren in het knikkerspel [bonken, kletsen] [N 112 (2006)] III-3-2
knipogen een oogje pitsen: en eugske pitse (Alken), een oogje trekken: en eugske treke (Alken) knipogen (een oog dichtdoen als teken van verstandhouding) [ZND 28 (1938)] III-1-1