e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beegden

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wijdbeens lopen wijdbeens zijn: wiet beins zien (Beegden) lopen: met de benen ver uiteen lopen [kooje, met een wijde kooi loope] [N 10 (1961)] III-1-2
wijden wijden: wieje (Beegden) wijden [SGV (1914)] III-3-3
wijn wijn: wien (Beegden) wijn [SGV (1914)] III-2-3
wijnazijn azijn: azijn (Beegden), edik: êk (Beegden), wijnazijn: wienazien (Beegden) wijnazijn [SGV (1914)] III-2-3
wijnstok, wingerd druivenwingerd: droevevinger (Beegden, ... ) [SGV (1914)]wingerd [SGV (1914)] I-7
wijsvinger wijsvinger: wiesvinger (Beegden) wijsvinger [N 10 (1961)] III-1-1
wilde eend eend: aenj (Beegden) eend, wilde — III-4-1
wilde gans wilde gans: ein wilj goas (Beegden) wilde [v] [een ~ gans] [SGV (1914)] III-4-1
wilde hoofdharen bos haar: eine boes haor (Beegden) hoofdharen, wilde ~ [vliechhaar] [N 10 (1961)] III-1-1
wilg (alg.) vits: kruipwilg  witse (Beegden), wijde: -  wieje (Beegden) wilg (Salix) [DC 28 (1956)] || wilgensoorten [DC 28 (1956)] III-4-3