e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L250p plaats=Arcen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
warm weerx warm (weer): werm (Arcen), wêrm (Arcen) warm [DC 44 (1969)], [SGV (1914)] III-4-4
wasgoed wasgoed: wasgood (Arcen) wasgoed [DC 35 (1963)] III-2-1
waterdamp, wasem blaak: blaok (Arcen), damp: damp (Arcen) Zichtbaar gasmengsel dat bij het koken van water opstijgt (damp, blaak) [N 79 (1979)] III-2-1
waterketel warmwaterketel: warmwaterketel (Arcen) De ketel waaruit het water voor het beslag wordt gehaald. Uit de woordtypen "warmwaterketel" (L 250, L 325, Q 95), "warmwaterbak" (L 362, P 120) en "warmwaterkuip" (Q 32) blijkt dat het beslagwater reeds op een bepaalde temperatuur is gebracht. In Q 99 is de waterketel van ijzer vervaardigd. [N 35, 27] II-2
waterpomp waterpomp: waterpomp (Arcen) De pomp die men gebruikt om in de beslag-kuip water op het mout te brengen. Uit de antwoorden van de invullers blijkt dat de pomp ook voor andere doeleinden wordt gehanteerd. Zie daarom ook de lemmata ''wortpomp'' en ''bierpomp''. [N 35, 35a; monogr.] II-2
waterput put: pøt (Arcen, ... ) [DC 21 (1952)] [DC 21 (1952)] [RND 10] [SGV (1914)] [Willems (1885)] I-7
weddenschap weddingschap: wɛdiŋschap (Arcen) weddenschap [RND] III-3-2
weduwe wedevrouw: wedevrouw (Arcen) weduwe [SGV (1914)] III-2-2
weduwnaar wedman: wedman (Arcen) weduwnaar [SGV (1914)] III-2-2
weefsel, stof stof: stof (Arcen) stof (étoffe) [SGV (1914)] III-1-3