e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q259p plaats=Lontzen

Overzicht

Gevonden: 795
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hinkelblokje hikkesteentje: hikkesteentje (Lontzen), hiksteen: hikstee (Lontzen) Hoe heet het stukje hout of steen dat hierbij wordt gebruikt? [ZND 27 (1938)] III-3-2
hinkelen hikken: et hikke (Lontzen) Hoe heet het kinderspel, waarbij op één been gesprongen wordt? [ZND 27 (1938)] III-3-2
hoed (alg.) hoed: hu:t (Lontzen) hoed [RND] III-1-3
hoeden van koeien weiden: węi̯jǝ (Lontzen) [N 3A, 12a; N M, 2; JG 1a, 1b; A 48, 18c; L 1a-m; L 27, 5; S 14; Wi 39; R; monogr.] I-11
hoef hoef: huf (Lontzen), huv (Lontzen) [S 14; L 1a-m]Zie afbeelding 2.26. [JG 1a, 1b; L 1, a-m; L 27, 6; N 8, 32.8 en 32.17; S 14] I-11, I-9
hoek (tussen twee lijnen) hoek: ne eek (Lontzen) hoek [ZND 27 (1938)] III-4-4
hoepel ring: rink (Lontzen) Een hoepel (ijzeren of houten ring die door de kinderen voortgedreven wordt). [ZND 27 (1938)] III-3-2
hoepelen met een ring spelen: met esöne rink schpäle (Lontzen), ringelen: ringele (Lontzen, ... ) Hoe heet: met zon ring [hoepel] spelen? [ZND 27 (1938)] III-3-2
hommel hommel: ook in ZND 01, a-m  hoemel (Lontzen) hommel [ZND 27 (1938)] III-4-2
homp, brok, klont knul: knüll (Lontzen) kluit [ZND 28 (1938)] III-4-4