| 24047 |
zich laten inschrijven voor het huwelijk bij de pastoor |
naar pastoor gaan:
nao pasjtoor gaon (L329p Roermond)
|
Zich laten inschrijven voor het huwelijk bij de pastoor, "naar pastoor gaan". [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 34232 |
zich moeilijk laten melken |
zich taai melken:
(de koe) mɛlkt zex tɛj (L329p Roermond)
|
Het slechts met moeite gemolken kunnen worden, gezegd van de koe. Er komen in dit lemma verschillende grammaticale categorieën voor. [N 3A, 71]
I-11
|
| 17974 |
zich niet lekker voelen |
zich niet goed voelen:
neet good veule (L329p Roermond)
|
Onwel: zich niet gezond voelend (erg, onwel, onlustig, niet prut, kadies, dings). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
| 33844 |
zich over de rug wentelen |
(zich) wentelen:
wenšǝlǝ (L329p Roermond),
weŋkǝlǝ (L329p Roermond)
|
Geregeld gaan de paarden op hun rug liggen en slaan met de poten in de lucht. Zij doen dit vooral bij jeuk of buikpijn. [JG 1a, 1b; N 8, 69]
I-9
|
| 18982 |
zich schamen |
zich generen:
zich genere (L329p Roermond),
zich sjenere (L329p Roermond),
zjəneerə (L329p Roermond),
zich schamen:
zich sjame (L329p Roermond)
|
schamen zich || zich verlegen of onbehaaglijk voelen tengevolge van het besef dat men iets doet of gedaan heeft dat tot oneer of spot strekt, of daar getuige van zijn [zich generen, schieten, sieneren] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 34339 |
zich schuren |
zich schuren:
zex šūrǝ (L329p Roermond)
|
Zich schuren tegen een paal of boom vanwege de jeuk, gezegd van het varken. [N M, 7]
I-12
|
| 19247 |
zich vergissen |
zich verdolen:
zich verdao:le (L329p Roermond),
zich vergeten:
zich vergaete (L329p Roermond, ...
L329p Roermond),
zich vergaite (L329p Roermond),
zig vərgéétə (L329p Roermond)
|
het mis hebben, zich vergissen [abuis hebben, zijn eigen misgissen] [N 85 (1981)] || zich vergissen
III-1-4
|
| 18201 |
zich verkleden |
andere kleren aandoen:
Opm.: In de betekenis van kleing veranderen
anger kleijer aandoon (L329p Roermond),
andere kleren aantrekken:
Opm.: In de betekenis van kleing veranderen
anger kleijer aantrèkke (L329p Roermond)
|
verkleden - opm.
III-1-3
|
| 20496 |
zich verslikken |
verslikken:
versjlikke (L329p Roermond)
|
Hoe noemt U: In de slokdarm blijven steken, gezegd van een hap voedsel (kroppen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
| 18819 |
zich vervelen |
zich vervelen:
zich verfaele (L329p Roermond),
zich vervaele (L329p Roermond),
zich vervaile (L329p Roermond)
|
niet weten wat te doen en daardoor onaangenaam gestemd zijn [moe worden, ruiteren, zich vervelen] [N 85 (1981)] || zich vervelen
III-1-4
|