e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
belgisch koetsje alpinomuts:   (Belsj koëtsje) (Bleijerheide), [kuutschje verkl. v. koetsch, cfr. 023]  belsch kuutschje (Kerkrade), Sub koetsj.  e Belsj kuutsj-je (Kerkrade) III-1-3
belgisch landvarken varken met hangende oren:   bɛlgis lantvɛrkǝn (Opglabbeek) I-12
belgisch mutsje alpinomuts:   belsj mutsjke (Klimmen) III-1-3
belgische maasdak:   bɛlžǝ (Nieuwenhagen, ... ) II-9
belgische kachel plattebuiskachel:   belze kachel (Weert), beͅlzə kaxəl (Altweert, ... ) III-2-1
belgische klomp klompschoen:   belzjə klômpə (Beegden) III-1-3
belgische lamp petroleumlamp:   beͅ.lzə la.mp (Altweert, ... ), lamp belge  belsje lamp (Klimmen) III-2-1
belgische leskalk steenkalk:   bɛlgišǝ lɛskalǝk (Rumpen) II-9
belgische muts alpinomuts:   belschje mutschj (Bocholtz) III-1-3
belgische reisduif wedstrijdduif: Opm. hier noteert invuller "duif", en niet "dauf"!  Belgische reisduif (Tongeren) III-3-2