e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
perjan aansteller:   ne perjan (Achel), opschepper:   perjân (Altweert, ... ) III-1-4, III-3-1
perjoekel vrouwelijk geslachtsdeel:   perjoeckel (+/-) (Klimmen) III-1-1
perk bloembed:   perk (Gronsveld), bloementuin:   park (Diepenbeek, ... ), perk (Hasselt), bloemperk:   paerk (Castenray), perk (Baarlo, ... ), perrek (Maastricht), pēͅrk (Overpelt), pēͅrək (Eksel, ... ), peͅ.rək (Borgloon, ... ), peͅrk (Beverlo, ... ), peͅrək (Helchteren, ... ), pèrrek (Eijsden, ... ), pérk (Gronsveld), pérrek (Maastricht), pørək (Maaseik), pøͅrək (Herk-de-Stad, ... ), pərək (Maaseik), pɛ.rək (Meeuwen), pɛrk (Beverlo, ... ), pɛrək (Berg, ... ), pɛ̄rk (Gerdingen, ... ), pɛ̄rək (Eksel, ... ), Hë hèt ë pêr¯¯rkë bloemmë gëzattë veurô ¯n én zënë huòf Wai vë kéndër wórë, spéldë vë altèd tüssë de vêr¯¯kësbêk òp t pêr¯¯k  pêr’’k (Tongeren), cirkel, kring:   perk (Montfort), perk (v) (Schinveld, ... ), pĕrk (Posterholt), graszode:   pɛrk (Borlo, ... ), hinkelblokje: [sic]  perk (Gruitrode), hinkelperk:   perk (Heusden), perrik (Hechtel), Perke trêkke vur te kwabbe: met n stokje of pannescherf in de losse grond, ofwel met krijt op t asfalt of stenen bestrating lijnen trekken. (Zie voorts hfdst. "Kinderspelen").  perk (Tegelen), Ss. hènkperk; dobbeperk.  perk (Echt/Gebroek), knikkertermen:   perk (Guttecoven), (= het cirkel).  het perk (Heel), (= streep vanwaar begonnen wordt).  het perk (Einighausen), lijn waar het spel begint:   perk (Beesel), liniaal:   perk (Meterik), pand van een weideperceel:   pē̜rk (Peer), pand, bed:   pɛ ̝.rǝk (Lottum, ... ), pɛ.rǝk (Alken  [(vijf tot zes treden)]  , ... ), pɛ̄.rǝk (Wintershoven  [(dubbel pand)]  ), reep:   perrek sjóklaot (Diepenbeek), vooral chocolade Gêf mïch (of: gêmmïch) mier ë pêr¯¯k sjoeklôot  pêr’’k (Tongeren), rij, wiers:   perk (Geulle) I-7, I-1, I-3, I-7, I-8, III-2-1, III-2-3, III-3-1, III-3-2, III-4-4
perk -> bloemperk bloemperk:   pɛrk (Hoensbroek)
perk schieten verschillende knikkerspelen: #NAME?  peͅrk sjēͅtə (Brunssum) III-3-2
perk(je) (zn.) een kring op de grond trekken:   e perk(ske) (Opitter) III-3-2
perkal perkal:   perkajl (Maastricht) II-7
perkdoppen met een priktol spelen in een cirkel: in een ring  peͅrkdoͅbən (Opglabbeek), in een ring spelen  perkdoppen (Bree), in een rondgetekend perk plaats men een tol in het midden. De spelers werpen met hun tol op den tol in het perk. Blijft hun eigen tol binnen de afgetekende cirkel dan mogen ze zelf ... (onleesbaar)  perkdobbe (Kessenich) III-3-2
perken hinkelen: /  perken (Dorne), op rijen zetten:   perken (Geulle) I-3, III-3-2
perken draaien in panden ploegen:   pɛ.rǝkǝ drɛ̄n (Hasselt) I-1