e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Altweert

Overzicht

Gevonden: 1278

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
beton beton: bǝton (Altweert), bǝtoŋ (Altweert) Een mengsel van cementspecie met een grove toeslag, bijv. grind, steenslag of bims, dat in bepaalde verhouding onder toevoeging van water wordt gemengd en tot een steenachtige massa verhardt. Een betonmengsel van één deel cement, twee delen zand en drie delen kiezel werd in L 321 een 'missing' ('meseŋ'), van 'missen' ø̄mengenø̄, genoemd. [N 30, 47a; N 30, 50; monogr.] II-9
beuk beuk: buuëk (Altweert) beuk III-4-3
bevallen kramen: kraome (Altweert) bevallen III-2-2
bevertjes rijertje: mv.  ri-jjerkes (Altweert) trilgras III-4-3
bezem bezem: biəsəm (Altweert) bezem III-2-1
bezorgd bezorgd: bezörgtj (Altweert) bezorgd III-1-4
bier bier: beer (Altweert) bier III-2-3
bierpap bierpap: Als men dit eet bij verkoudheid of griep kan men goed transpireren e kappertje beer: een klein glas bier (voor dames met suiker) naaks beer: bier zonder suiker E glaeske beer  beerpap (Altweert), slemp: slêmp (Altweert) bierpap, slemp || kooksel van melk, meel en vbier III-2-3
biestmelk biest: bēst (Altweert) De eerste melk van de koe, nadat ze gekalfd heeft. [L 32, 100; JG 1a, 1b; S 3; A 7, 18; monogr.] I-11
biggen overzetten overzetten: uvǝrzętǝ (Altweert), verzetten: vǝrzętǝ (Altweert) Biggen van de ene zeug bij die van een andere zetten. [N 76, 48] I-12