e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Zonhoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jonge vrouw mamzel: fr. mademoiselle  mamzél (Zonhoven), meidje: mutske (Zonhoven) jonge vrouw [kuie, koje, keuje] [N 86 (1981)] || juffer III-2-2
jongen jong: jòng (Zonhoven, ... ), jóng (Zonhoven), jongen: jongen (Zonhoven), jònge (Zonhoven), kadee: kadeej (Zonhoven), kedeej (Zonhoven), kadodder: kedódder (Zonhoven), koter: kōē.ëter (Zonhoven) jongeling, koter || jongen [ZND 11 (1925)] || jongen (knaap) [ZND 01 (1922)] || jongen, kind || jongen; een lamme - [ZND 29 (1938)] || jongetje || jòng III-2-2
jongen met wie een meisje verkering heeft jong: jòng (Zonhoven), lief: līē.ëf (Zonhoven), vlam: vlam (Zonhoven), vrijer: vrijer (Zonhoven, ... ) de jongen met wie men verkering heeft [caprice, flip, vrijer] [N 115 (2003)], [N 87 (1981)] || geliefde || vrijer III-2-2
jongen met wie men verloofd is vrijer: vrijer (Zonhoven) verloofde [mannelijk] [caresseur] [N 87 (1981)] III-2-2
jongen ter wereld brengen lammen: lamǝ (Zonhoven) [N 77, 94] I-12
jongenshemd? onderlijfje: onnerlufke (Zonhoven) Onderhemd voor jongens. Hoe noemt men in uw dialect het hemd dat onder de bovenkleding wordt gedragen, direct op het lichaam: van jongens? [DC 62 (1987)] III-1-3
jongensonderbroek? jongensonderbroek: jongesonnerbroak (Zonhoven) Onderbroek voor jongens. [DC 62 (1987)] III-1-3
jongensondergoed? jongensondergoed: jonnesonnergoed (Zonhoven) Ondergoed voor jongens. [DC 62 (1987)] III-1-3
jongste kind kind: keent (Zonhoven), krentenmikje: krè.n’temikske (Zonhoven), nakomertje: nòòëkoo.merke (Zonhoven), scharkoekje: schaa.rkukske (Zonhoven), schaarkukskə (Zonhoven) jongste kind; hoe heet het jongste kind van het gezin? [ZND 36 (1941)] || nakomertje III-2-2
jood jood: joed, joeden (Zonhoven, ... ), ju.ot (Zonhoven, ... ), nə juit, twi jūidə (Zonhoven, ... ), nə jut, twi judn (Zonhoven, ... ), nə jut, twi judən (Zonhoven, ... ) Een jood, twee joden, [ZND 27 1938)] || Een jood, twee joden. [ZND 27 1938)] || jood [ZND 01 (1922)] || Jood. [ZND 01 (1922)] III-3-1, III-3-3