20540 |
beschimmelen |
schimmelen:
sjum’mele (Q121a Chèvremont),
verschimmelen:
versjum’mele (Q121a Chèvremont)
|
beschimmelen || schimmelen
III-2-3
|
20790 |
beschuit |
beschuit:
besjüt’ (Q121a Chèvremont)
|
beschuit
III-2-3
|
19285 |
beslissen |
beslieten:
besjlisse (Q121a Chèvremont)
|
besluiten
III-1-4
|
27961 |
betonblokkenkoker |
kokerbouw:
kokerbouw (Q121a Chevremont
[(Julia)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Gesloten ondersteuning die is opgebouwd uit betonblokken. Deze ondersteuning wordt gebruikt in steengangen die langere tijd bestaan en op plaatsen waar grote druk wordt verwacht of, volgens de invuller uit Q 33, waar weinig of geen onderhoud mogelijk is of was. Uit de opmerkingen van een respondent uit Q 113 blijkt dat men in de vier Oranje-Nassaumijnen de betonblokkenkoker bij een storing toepaste. [N 95, 341; monogr.; N 95, 342]
II-5
|
30040 |
betonzand |
kies:
k ̇īs (Q121a Chevremont)
|
Grove, kiezelachtige zandsoort die wordt gebruikt bij de bereiding van beton. 'Maaszand' was volgens de invuller uit L 316 een grove zandsoort. Zie ook het lemma 'Metselzand'. [N 30, 48]
II-9
|
24561 |
beuk |
beuk:
buk (Q121a Chèvremont)
|
beuk
III-4-3
|
24468 |
beukennootje |
beukeike:
buk’eche (Q121a Chèvremont)
|
beukenootje
III-4-3
|
20786 |
beurs, overrijp |
pratsmurg:
De biere zint pratsjmur¯rieg
pratsjmur’rieg (Q121a Chèvremont)
|
overrijp
III-2-3
|
20180 |
bevallen |
graven:
cf. Kerkrade Wb. 2 s.v. "jrave, jravet/jroof, jejrave"2. bevallen : Tant Mariesje hat jejrave
jrave (Q121a Chèvremont)
|
bevallen
III-2-2
|
19258 |
bevelen |
bevelen:
beveële (Q121a Chèvremont)
|
bevelen
III-1-4
|