e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q121a plaats=Ch?vremont

Overzicht

Gevonden: 2160
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
braadworst braadworst: E kót jebed en ing lang broad¯woeësj  broad’woeësj (Chèvremont) braadworst III-2-3
braaf braaf: braaf (Chèvremont) braaf [DC 02 (1932)] III-1-4
braam braam: brǫam (Chevremont) Ruige, oneffen rand die ontstaat na het gieten of zagen van metaal. [N 64, 55c; N 33, 164 add.; monogr.] II-11
braambes bramelen: broa’mel (Chèvremont) braambes III-4-3
braamsluiper bramentaats: brieëm’taatsj (Chèvremont) braamsluiper III-4-1
braamstruik bramelenstruik: broa’melesjtroech (Chèvremont), bramen: brieëm (Chèvremont) braamstruik III-4-3
braden braden: ¯t vleesj broane  broane (Chèvremont) braden III-2-3
brak, vals dak brak: brak (Chevremont  [(Julia)]   [Willem-Sophia]) Slappe leisteenbank in het dak die dreigt in te storten. [N 95, 576; N 95, 898; N 95, 899; monogr. Vwo 188; Vwo 194; Vwo 670; Vwo 711; Vwo 810; div.] II-5
branden brennen: brɛnə (Chèvremont) branden III-2-1
brandewijn brandewijn: bran’dewien (Chèvremont) brandewijn III-2-3