e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q121c plaats=Bleijerheide

Overzicht

Gevonden: 4871
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bijl waarmee men het slachtvee klooft kapmes: kapmɛts (Bleijerheide) Zie ook het lemma ''slachtbijl''. [N 28, 90; monogr.] II-1
bijl waarmee men het vlees in kleine stukjes hakt hakmes: hakmɛts (Bleijerheide) Bedoeld zijn de kleine stukjes die in de worst worden verwerkt etc. De mes-opgaven binnen dit lemma duiden op een soort hakmes. [N 28, 115; N 28, 49] II-1
bijsnijden bijsnijden: bęjšniǝ (Bleijerheide), binnenwerk snijden: benǝwęrk šniǝ (Bleijerheide) Het bijsnijden van de loopzool, het model eraan geven. [N 60, 103] || Het op maat snijden van de binnenvulling van een colbert. [N 59, 110] II-10, II-7
bijten van de zaag wie sokker snijden: wi tsukǝr šniǝ (Bleijerheide) Het soepel door het hout gaan van de zaag. [N 53, 28d-e] II-12
bijwerken van het paardehaar afsnijden: āfšniǝ (Bleijerheide) Het paardehaar van de binnenvulling aan de kanten en uiteinden verwijderen of fatsoeneren. [N 59, 185] II-7
bikbijltje bikhamer: bekhamǝr (Bleijerheide) Tweesnijdend bijltje met kort handvat om oude stenen schoon te kappen. Zie ook afb. 9. Het verwijderen van oude specieresten van metselstenen werd in Q 116 'afbikken' ('āf˱bekǝ') genoemd. [N 30, 15c] II-9
bikkel(s) prikknook: preknōͅkə (Bleijerheide), prikknoke (Bleijerheide) De beentjes. [N R (1968)] III-3-2
bikkelen prikknoken: preknōͅkə (Bleijerheide) Het betreft een spel, dat vroeger vaak en met zeer veel plezier door de meisjes werd gespeeld. Het is een behendigheidsspel dat gespeeld wordt met vier beentjes uit de hiel van een schaap, geit of rund - of daarop gelijkende voorwerpen van koper, lood of [N R (1968)] III-3-2
bikkelen: bikkelspel prikknokenspel: prikknokespel (Bleijerheide) Het betreft een spel, dat vroeger vaak en met zeer veel plezier door de meisjes werd gespeeld. Het is een behendigheidsspel dat gespeeld wordt met vier beentjes uit de hiel van een schaap, geit of rund - of daarop gelijkende voorwerpen van koper, lood of [N R (1968)] III-3-2
bil bats: bats (Bleijerheide, ... ) Bil. Ook platte woorden! [DC 01 (1931)] III-1-1