e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
stopper centrale verdediger:   `što.pər (Gemmenich), De stopper hield elke aanval tegen.  stoͅpər (Meeswijk), Term van na W.O. II.  stópper (Zolder), daas (tabanidae):   stòpper (Genk), stöpər (Diepenbeek), ook ZND 1u, 30  stōfər (Genk), middenspeler:   stopper (Eksel), runderhorzel, horzel:   stopər (Beverst, ... ), stupər (Heesveld-Eik), teentreder:   stupǝr (Opheers  [(het zet de hoeven plat op de grond)]  ), wiedschopje:   stǫpǝr (Maaseik), štǫpǝr (Holtum) I-5, I-9, III-3-2, III-4-2
stopperd daas (tabanidae): WBD/WLD ó even gesloten als oo)  stóbberd (As), runderhorzel, horzel:   stopərt (As, ... ), wiedschopje:   stopǝrt (Obbicht, ... ), stupǝrt (Maasmechelen), štopert (Limbricht), štǫpǝrt (Buchten, ... ) I-5, III-4-2
stopperdewop balkenbrij: (hËËt).  stŏpperdewòp (Thorn) III-2-3
stoppers ontstoppingsstukken:   štǫpǝrs (Belfeld) II-8
stoppertje spelen verstoppertje spelen:   stopperke (Leopoldsburg) III-3-2
stoppeskat spelen verstoppertje spelen: /  stoppeskat (Sint-Truiden), Sub keingerspeile.  stoppeskàt (Sint-Truiden) III-3-2
stoppiepje doen verstoppertje spelen:   stoppiepke doon (Thorn) III-3-2
stoppiepje verbergen verstoppertje spelen:   stoppiepke (Ittervoort, ... ), stoppiepke verbergen (Haler), stoͅpipkə vərbɛrgə (Kelpen), /  stoppieke (Kessenich), stoppiepke (Thorn) III-3-2
stopping hardlijvigheid, hardlijvig (zijn):   stopping (Schimmert) III-1-2
stopplank stopplank:   štǫpplaŋk (Klimmen) II-9