e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
stoppeltjes kort geknipt haar:   sjtuppelkes (Vlodrop), sjtuuppelkəs (Wijnandsrade), stoepelkes (Achel), stoepeltjes (Hoensbroek), stuupəlkəs (Hulsberg), stöppelkes (Thorn), stüppelkes (Heerlerbaan/Kaumer), Even na W.O. II zei men koep Amerikae 2,5 waarmee men 2,5 cm. lengte bedoelde.  stöppelkes (Kinrooi), stoppels:   štøpǝlkǝs (Heer) I-4, III-1-1
stoppelvaren stoppelland ploegen:   stǫpǝlvārǝ (Kinrooi) I-1
stoppelveld stoppelland:   stupǝl˲vęlt (Heugem), stǫpǝl˲vē̜lt (Wellen), stǫpǝl˲vęlt (Beringen, ... ), štǫpǝl˲vęlt (Kerkrade, ... ) I-4
stoppelvoor maaipad voor de machine:   stǫpǝlvǭr (Oost-Maarland), ondiepe voor, ondiep geploegd land:   stǫpǝl[voor] (Aijen, ... ) I-1, I-4
stoppelvrucht nagewas:   stǫpǝlvrøx (Montenaken  [(vroeger)]  ) I-4
stoppelweef ongehuwde moeder: cf. VD s.v. "stoppelweduwe"(gew.) ongehuwde moeder  stóppelweeëf (Zonhoven), volkse benaming  stoppelweef (As, ... ) III-2-2
stoppelwortelen veldwortel, stoppelwortel:   stopǝlwortǝlǝ (Boekend, ... ), stopǝlwǫrtǝlǝ (Gennep, ... ), stopǝlwǫtǝlǝ (Bilzen, ... ), štopǝlwortǝlǝ (Helden, ... ), winterwortelen:   stǫpǝlwǫrtǝlǝ (Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler), worteltje:   stoͅpəlwoͅrtələ (Eisden) I-5, I-7
stoppelwortels veldwortel, stoppelwortel:   stopǝlwǫrtǝls (Uikhoven), stopǝlwǫtǝls (Nieuwerkerken) I-5
stoppen aanladen:   stǫpǝ (Rutten), aardappelogen:   stø̜p (Houthalen), stęp (Genk), afstoppen:   štǫpǝ (Schinnen), betten van een wonde:   (s)chtupə (Vaals), biezen of lissen aanbrengen:   stǫpǝ (Gennep), blijven wachten:   sjtoppe (Klimmen), stoop (Meijel), stoppe (Maastricht), darmen met worstvlees vullen:   stopǝ (Bleijerheide, ... ), stǫpǝ (Maasmechelen), stǫpǝn (Ottersum), štopǝ (Gulpen), štø̜pǝ (Kerkrade), štōpǝ (Heerlen), štǫpǝ (Rothem), dichtstoppen:   stǫpǝ (Bilzen, ... ), štǫpǝ (Bleijerheide, ... ), geld: ps. omgespeld volgens IPA.  støͅp (Overpelt), het water tegenhouden:   stǫpǝ (Berlingen, ... ), knobbels in de uier:   stø̜p (Noorbeek, ... ), stǫpǝ (Rijkel), štø̜p (Herten), mijt afdekken:   stǫpǝ (Linkhout), ophouden met het werk:   sjtoppe (Swalmen), stoppe (Maastricht, ... ), pauzeren:   sjtoppe (Posterholt), sjtoppə (Reuver), stóppə (Venlo), sponnen:   stǫpǝ (Alken, ... ), štǫpǝ (Valkenburg), stelpen van bloed:   bloewd stoppe (Vliermaal), blood sjtoppe (Kunrade), doon stoppe (Kinrooi), het bluu stoppe (Vliermaal), sjtoppe (Geleen), sjtóppe (Swalmen), sjtóppə (Epen), stoppe (Hechtel, ... ), stoppen (Alken, ... ), stoppë (Hoeselt), stòppe (As), stoppen:   stoppen (Genk, ... ), stopǝ (Eigenbilzen, ... ), stǫpǝ (Bilzen, ... ), štopǝ (Heerlen, ... ), štǫpǝ (Buchten, ... ), stroppen:   štǫpǝ (Reuver), vlokken in de melk:   stoppen (Dilsen), støp (Meijel), stø̜p (Broekhuizenvorst, ... ), stǫpǝ (Mheer, ... ), stɛp (Meeuwen), štøb (Eys), štøp (Sibbe / IJzeren), štø̜p (Beek, ... ), wettoppen:   stǫpǝ (Loksbergen), worst maken:   stǫpǝ (Weert) I-11, I-4, I-5, II-1, II-12, II-2, II-3, II-7, II-9, III-1-2, III-1-4, III-3-1, III-4-4