e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
met zijn staartje houwen kwispelstaarten:   met ze steteke heiwe (Rosmeer), mèt ze stertje huie (Rekem) III-2-1
met zijn vinger in zijn mond beteuterd:   hij stond met zijn vinger in zijn mond (Sint-Truiden), ook materiaal znd 32, 67  met zijn vinger in zijn mond (Sint-Truiden) III-1-4
met zink bekleden lood inleggen:   met tseŋk˱ bǝklɛjǝ (Bleijerheide) II-9
met zoden afzetten de kant van de wijk met zoden bekleden:   me zōj afzetǝ (Meijel), met zōjǝn āfzetǝ (Sevenum) II-4
met zollen [eggen] met vollen eggen:   męt ˲zǫlǝ (Bocholt) I-2
met één lijn varen het paard met een enkele lijn leiden:   męt˱ eŋ leŋ vø̄rǝ (Gemmenich) I-10
met één molen malen schorten:   met één molen malen (Lummen, ... ) II-3
met één vol [eggen] met vollen eggen:   met˱ iǝn vǫl (Aijen, ... ), met˱ ēn vǫl (Ottersum), met˱ ęi̯n vǫl (Baarlo, ... ) I-2
met één vol wellen rollen:   met˱ ēn vǫl wɛlǝ (Ottersum) I-2
met één voor (omspaden) een spade breed spitten:   męt˱ ęi̯n vōr (Tegelen) I-1