e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
panaardappelen gebakken aardappelen:   panaerpel (Castenray, ... ) III-2-3
panaarde dakpannenklei:   panē̜rt (Susteren) II-8
panachee kievitsbonen:   panachee (Jeuk, ... ) I-7
panama strooien dameshoed: Van Dale: II. panama, 1. zeer buigzame hoed, van panamastro gevlochten.  panama (Tongeren), pannema (Klimmen), strooien hoed: plat. Van Dale: II. panama, 1. zeer buigzame hoed, van panamastro gevlochten.  Panama (Oirlo), Van Dale: II. panama, 1. zeer buigzame hoed, van panamastro gevlochten.  panəma (Tongeren), valhoedje: Van Dale: II. panama, 1. zeer buigzame hoed, van panamastro gevlochten.  pannema (Jabeek) III-1-3
panamahoed strooien dameshoed: Van Dale: II. panama, 1. zeer buigzame hoed, van panamastro gevlochten.  panamahuwt (Zelem), panəmahy(3)̄t (Rosmeer), strooien hoed: Van Dale: II. panama, 1. zeer buigzame hoed, van panamastro gevlochten.  panamahut (Herk-de-Stad) III-1-3
panappel appel, overige soorten:   panapəl* (Meeuwen) I-7
panborstel afwasborstel:   panbeustel (Schimmert), borstel:   panbeustel (Urmond) III-2-1
panborsteltje borstel:   panbörstelke (Blerick) III-2-1
pancratius ijsheiligen add.: Pancratius 12 mei, Servatius 13 mei, Bonifatius 14 mei. Dit zijn de drie ijsheiligen, berucht omdat zij soms nog gauw effe ee sjterk gevruur bezorgen. In sommige landen staat de heilige Mamertus 11 mei als vierde ijsheilige bekend.  Pancratius (Brunssum) III-3-2
pand akker:   pa.nt (Hechtel, ... ), pant (Lommel), pā.nt (Kleine-Brogel), filiaal:   pand (Eksel), gevak:   pant (Zepperen), pānt (Vliermaal), gezwad, regel gemaaid gras: (mv. pęn)  pant (Jeuk), groot geploegd middendeel:   pant (Opglabbeek), huis, woning: Dat is e sjoen en groet pand, dat hoes in de Breijstraot  pand (Maastricht), kookpot:   paand (Maastricht), pand (Maastricht, ... ), kooppenning:   paand (Bilzen), land:   pand (Opitter), maaipad:   pãnt (Niel-Bij-Sint-Truiden), pānt (Niel-Bij-Sint-Truiden), pand:   pa.ŋk (Kerkrade  [(Wilhelmina)]   [Maurits]), pand (Lanklaar  [(Eisden)]  , ... [Emma]  [Zwartberg, Waterschei]), panjtj (Brunssum  [(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]  , ... [Winterslag, Waterschei]  [Maurits]  [Emma, Hendrik, Wilhelmina]  [Maurits]  [Maurits]  [Maurits]), pant (As  [(Zwartberg / Waterschei)]  , ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]  [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]  [Emma, Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden] [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), paŋk (Bleijerheide  [(Domaniale)]  , ... [Wilhelmina]  [Willem-Sophia]  [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]  [Julia]  [Domaniale]  [Domaniale]), pand van een weideperceel:   pant (Borgloon, ... ), pãn (Gingelom), pānt (Opheers), pāt (Gingelom), pand, bed:   p ̇ɛ̄n (Henis), pa.nt (As, ... ), pan (Tessenderlo), pant (Donk  [(twee m)]  , ... ), pantj (Nunhem), pã.n (Ulbeek  [(twaalf voren)]  ), pãn (Brustem  [(niet gebruikelijk)]  , ... ), pãnt (Beek  [(tot twintig m)]  , ... ), pãǝn (Gingelom, ... ), pā.nt (Alken  [(tien voren - ongeveer drie m)]  , ... ), pān (Aalst  [(niet gebruikelijk)]  , ... ), pānt (Kwaadmechelen  [(vier tot vijf m)]  , ... ), pāǝn (Eigenbilzen, ... ), pá.nt (Berbroek  [(twee en een halve m)]  , ... ), pái̯njtš (Molenbeersel  [(drie m)]  ), pái̯njǝr (Molenbeersel), pánt (Heppen  [(tien tot twaalf voren)]  , ... ), pá̄nt (Oostham  [(vier m)]  ), pę̄ ̞n (Bommershoven  [(niet gebruikelijk)]  ), pę̄n (Borgloon  [(als men de akker met de voetploeg omwerkt)]  , ... ), pɛi̯nj (Opitter  [(twintig m)]  ), pɛn (As, ... ), pɛ̄ ̝n (Tongeren  [(vroeger)]  ), pɛ̄ ̞n (Kozen), pɛ̄n (Berlingen  [(twaalf tot vijfentwintig voren)]  , ... ), pɛ̄ǝn (Groot-Gelmen  [(niet gebruikelijk)]  , ... ), de volgende opgaven zijn meervoud  pãnǝ (Oostham, ... ), rij, wiers:   pãnt (Heers, ... ), ruimte tussen opeenvolgende gebinten:   pant (Tegelen), slip: B.v. de panden van een jas.  pant (Lommel), stuk:   pand (Oirsbeek  [(Emma)]   [Emma, Hendrik, Wilhelmina]), pant (Brunssum  [(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]  , ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]  [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]  [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]), paŋk (Bleijerheide  [(Domaniale)]  , ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]  [Domaniale]), stuk grond:   pant (Bree), pānt (Beverst, ... ), zaaivoor, diep geploegd land:   pant (Houthalen), zwad, houw:   pãt (Gingelom), zwak, slap:   pand (Maastricht) I-1, I-3, I-4, I-6, I-8, II-5, II-9, III-1-1, III-1-3, III-2-1, III-3-1