e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
plaren getob; tobben:   plaare (Maasbree, ... ), cf. WNT XII-1 kol. 2161 s.v. "pladeren (II) - plaaieren - plaren"3. in voortdurende tobberij zijn  plaren (Sevenum), prutsen:   plare (Venlo), stuntelen:   plaore (Sevenum), plare (Sevenum), cf. WNT XII-1 kol. 2160-2162 s.v. "pladeren - plaaieren - plaren"in oorspr. bet. "beuzelen  plaare (Venray), treuzelen: cf. WNT XII-1 kol. 2160-2162 s.v. "pladeren - plaaieren - plaren"in oorspr. bet. "beuzelen  plaare (Venray) III-1-4
plarken een zandbad nemen:   plarǝkǝ (Paal), plārǝkǝ (Boekt Heikant) I-12
plas bui, regenbui:   plos (Riksingen), plō.s (Borgloon), plōͅs (Kortessem), ploͅs (Hasselt), plôs (Ulbeek), plôôs (Wellen), Vb. da wes nòl ne fèlle plòs (dat was n zware regenbui).  plò⁄s (Kortessem), koekje dat de veulens bij de geboorte in de mond hebben:   plas (Tessenderlo), plaš (Roermond), kreek, stilstaand water:   plas (Venlo), plensbui, zware bui:   ploͅs (Wellen), plos  ploͅs (Diepenbeek), poel, plas:   plas (Loksbergen, ... ), urine:   de plas (Maastricht), plaa`s (Kortessem), plas (Maastricht, ... ), (t water).  plas (Oirlo), wiel, kolk:   plas (Horn, ... ) I-9, III-1-1, III-4-4
plas regen bui, regenbui:   plosrengel (Koninksem), ploͅsriëggel (Heers) III-4-4
plasje koekje dat de veulens bij de geboorte in de mond hebben:   plē̜skǝ (Heerlerheide), plɛskǝ (Hasselt), plɛ̄skǝ (Eigenbilzen), uitneembaar frontje: [sic]  plaske (Rekem), urine: nu noemt men het zo!  plasje (Brunssum) I-9, III-1-1, III-1-3
plasjes lopen pootjebaden:   pletsjkes loupe (Ulestraten) III-1-2
plasma bloedwei:   plasma (Kerkhoven) III-1-1
plasregen plensbui, zware bui:   plàsrīreŋ (Hasselt), (St. Truiden).  plosregel (Jeuk), ene plosregen  ənə ploͅsrēgəl (Velm) III-4-4
plassen door water het lopen met schoeisel aan:   plasə (Sint-Truiden), gieten, hard regenen:   plasse (Wellen), plassen (Alken, ... ), plaste (Kwaadmechelen), plassen (met water):   ent watər plasə (Bree), plasə (Maaseik, ... ), pootjebaden:   plasə (Sint-Truiden), plasən (Lommel), urineren:   plasse (Beesel, ... ), plassen (Tegelen, ... ), (= moderner).  plassen (Oirlo), Dit woord gebruikt/kent men sedert enkele tientallen.  plassen (Bleijerheide), Net.  plassen (Maasbracht), Netter.  plasse (Horn), nieuw woord!  plasse (Vlodrop), nu noemt men het zo!  plassen (Brunssum), waden:   plasə (Sint-Truiden) III-1-1, III-1-2, III-4-4
plasser penis:   plasser (Bocholtz), Kinderen; deftig.  plasser (Schinnen), Kinderlijk.  plasser (Herten (bij Roermond)), Kinderwoord.  plasser (Roggel), Tamelijk nieuw.  (plasser) (Boekend) III-1-1