e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Altweerterheide

Overzicht

Gevonden: 1206
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
domme man achterover: achteroeëver (Altweerterheide), klotskop: klotskop (Altweerterheide), lomperik: loómperik (Altweerterheide), stomme achterover: stómmen achteroeëver (Altweerterheide), stommerik: stómmerik (Altweerterheide) dom persoon || dommerik (fig.) || stommeling, domoor || stommerd III-1-4
domme vrouw dreet: dreêt (Altweerterheide) domme vrouw III-1-4
donderbeestje donderbeestje: dônderbieësje (Altweerterheide), knozeltje: knuûzelke (Altweerterheide) donderbeestje || onweersbeestje III-4-2
donderx donder: dônder (Altweerterheide) donder, onweer III-4-4
dons, nestveren duivelshaar: wollige haartjes op jong vogeltje  duûvelshaor (Altweerterheide) dons III-4-1
dood (bn.) dood: doeëd (Altweerterheide) dood III-2-2
doofpot doofpot: doͅu̯fpoͅt (Altweerterheide) doofpot, aarden of koperen potwaarin de gloeiende kool of aomere uit de bakoven werden opgevangen, met het deksel werd de lucht afgesloten om het doven te veroorzaken III-2-1
door zwangerschap gedwongen huwelijk moetje: mótje (Altweerterheide) meisje dat moet trouwen omdat het in verwachting is III-2-2
doorn, stekel doorn: doeëre (Altweerterheide) doorn III-4-3
doornhaag doornenheg: duuërhek (Altweerterheide) doornhaag III-2-1