e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beesel

Overzicht

Gevonden: 3426

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
altaarbel schel: sjel (Beesel) De 3 of 4 belletjes omvattende bel/schel, die door de misdinaar bediend wordt [schel, sjel?] . [N 96B (1989)] III-3-3
ampullen pullen (<lat.): pulle (Beesel) Het water- en het wijnkannetje die in de mis gebruikt worden, ampullen [pölle?]. [N 96B (1989)] III-3-3
andere benamingen voor de kleuren van het vederkleed grijze, een ~: (wit-geschelpt).  grīēəs (Beesel), isabel: Izabel (Beesel), schalie: (= lei-kleur).  sjaalie (Beesel) Kent U andere benamingen voor de kleuren van het vederkleed (+ korte beschrijving)? [N 93 (1983)] III-3-2
andere inzetmogelijkheden africhten: aafrichtə (Beesel), op vrachtzetten: op vracht zittə (Beesel) Kent U nog andere inzetmogelijkheden? Graag benaming en omschrijving. [N 93 (1983)] III-3-2
andere middelen om een duif binnen te lokken meet de voederbus rammelen: mitte voorbös rammələ (Beesel) Kent U nog andere middelen om de duif binnen te lokken? bijv. met graan in doos schudden. Hoe heet dat? [N 93 (1983)] III-3-2
andere soorten sneeuw droge sneeuw: droge sneeuw  drŭŭəgə sjnĭĕə (Beesel) verschillende soorten sneeuw [spuwsneeuw, watersneeuw] [N 81 (1980)] III-4-4
andere voedermengsels wintervoeder: (met veel gerst).  winjtjervoor (Beesel) Kent U ook nog andere mengsels? Zo ja, geef daarvan dan een korte beschrijving. [N 93 (1983)] III-3-2
andijvie andijvie: andivie / andivij (Beesel) [DC 69 (1994)] I-7
angel van bij of wesp angel: WBD/WLD  angəl (Beesel), WLD  angel (Beesel) Hoe noemt u het orgaan waarmee bijen en wespen steken (angel) [N 83 (1981)] III-4-2
angst angst: engs (Beesel, ... ), schrik: sjrik (Beesel) angst [SGV (1914)] || het gevoel van beklemming en vrees, veroorzaakt door een [wezenlijk of vermeend] dreigend onheil of gevaar [angst, schijt, schrik] [N 85 (1981)] III-1-4