e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q204a plaats=Mechelen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ver uitspringende hielen hakpoten: hakpū.tǝ (Mechelen) [N 3A, 144a; monogr.] I-11
verankeren verankeren: vǝraŋkǝrǝ (Mechelen) Muren en balklagen met behulp van ankers met elkaar verbinden ten einde het uitwijken van de muren te voorkomen. [N 54, 122a] II-9
verbindingspennen gudpin (enkelv.): gø̜tpen (Mechelen) De houten of ijzeren pennen die de vergaringen met elkaar verbinden. [N 17, 66; N G, 45d] I-13
verbruien verdommen: verdômme (Mechelen) verbruien [SGV (1914)] III-1-4
verdacht verdacht: verdag (Mechelen) verdacht [SGV (1914)] III-3-1
verdoven houwen: hōwǝ (Mechelen), verdoven: vǝrdōǝvǝ (Mechelen) Het slachtvee verdoven alvorens het de keel door te snijden. Woordtypen als "schieten", "doodslaan", "houwen", "pin indrijven" geven aan hoe het verdoven in zijn werk gaat. [N 28, 6; N 28, 12b; monogr.] II-1
verdriet; verdriet doen leed: leed (Mechelen, ... ), leet (Mechelen) leed [SGV (1914)] || smart [SGV (1914)] || verdriet [SGV (1914)] III-1-4
verdrogen nalaten: nǭlǭtǝ (Mechelen), verzijen: vǝrzii̯ǝ (Mechelen) Minder melk gaan geven wegens drachtigheid. [N 3A, 72a] I-11
verdunde lijm verdunde lijm: vǝrdøndǝ līm (Mechelen) De met water verdunde lijmoplossing die op het grondhout wordt gestreken om de goede lijm bij het fineren niet te diep te laten intrekken. [N 54, 3] II-12
verf verf: vɛrǝf (Mechelen) Vloeibare substantie, gewoonlijk bestaande uit een poedervormige, kleurgevende stof en een bindmiddel. Verf wordt met behulp van een kwast, een roller of een spuit opgebracht, waarna zij in een harde laag opdroogt. [Wi 54; S 39; L A1, 82; N 67, 18a; monogr.] II-9