e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q204a plaats=Mechelen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vlaai met deegdeksel toeslag: toeschlaag (Mechelen), toesjlaag (Mechelen), Syst. WBD  toesjlaag (Mechelen) Vla met deksel van deeg (dekselvlaoj, slof, toeslaag?) [N 16 (1962)] III-2-3
vlaai met reepjes deeg leddertjesvla: ledderkesvla (Mechelen), leddertjesvladem: lödderskesvlaam (Mechelen), Syst. WBD  lédderkesvlaam (Mechelen), taart: toert (Mechelen) Vla waarover kruislings reepjes van deeg zijn gelegd (lödderkesvlaa?) [N 16 (1962)] III-2-3
vlaaienvulling spijs: schpiës (Mechelen), sjpies (Mechelen), Syst. WBD  sjpīēs (Mechelen) Vruchtenmoes dat op de vla gesmeerd wordt (spijs?) [N 16 (1962)] III-2-3
vlaaischotel vlademschotel: vlaa.msjóttel (Mechelen), vlaamschottel (Mechelen), om vla op te dienen  vlaamscho-tel (Mechelen) schaal, plat, om een vlaai op te dienen [flaaischottel] [N 07 (1961)] || schotel; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
vlaamse gaai goudmerel: [? - moeilijk leesbaar]  goodmêle (Mechelen) meerkol [SGV (1914)] III-4-1
vlag vaan: vaan (Mechelen, ... ) vlag [SGV (1914)] || vlag: Loopt Klaas voorop met de -? [DC 39 (1965)] III-3-1
vlak, gelijk vlak: vlak (Mechelen) vlak [SGV (1914)] III-4-4
vlakbank vlakbank: vlak˱bāŋk (Mechelen) Schaafmachine waarmee hout aan één zijde mechanisch vlak geschaafd kan worden. De vlakbank bestaat uit een gietijzeren frame waarop een van twee of meer beitels voorziene as is gemonteerd. Zie ook afb. 53. [N 53, 85b] II-12
vleermuis blaarmuis: plaarmoes (Mechelen) vleermuis [DC 40 (1965)] III-4-2
vlees vlees: vlēēš (Mechelen) vlees [DC 03 (1934)] III-2-3