e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
mof bankschroefbus:   muf (Jeuk), boorhouder, boorbeugel:   muf (Jeuk), drilklos:   muf (Jeuk), handschoen zonder vingers:   mofə (Rekem), muf (Linkhout), klembeugel van een kolomboormachine:   muf (Jeuk), knorrepot:   moef (Diepenbeek, ... ), mof:   mo.f (Maaseik), moef (Amstenrade, ... ), mof (Achel, ... ), mof-mofə-mefkə (Neeroeteren), moof (Boekend), mouf (Sint-Truiden), mōf (Gronsveld, ... ), mōōf (Vucht), mōͅfə (Kermt), mŏĕf (Klimmen), mŏf (As, ... ), moͅf (Achel, ... ), muf (Dilsen, ... ), mŭf (Mechelen-aan-de-Maas), mòf (Baarlo, ... ), móf (Boeket/Heisterstraat, ... ), môf (Blerick, ... ), môof (Neeritter), möf (Holtum), mùf (Beverlo), məf (Hamont), #NAME?  môf (Venray), (AN) [Van Dale: II.mof (<Fr.): 1. losse, wollen mouw; - 2. brede koker van bontwerk, dienende om de handen warm te houden ...]  móf (Genk), [mv.?]  moeffe (Millen), moffen (Neeroeteren, ... ), möffen (Kaulille), b.v. pelse moef.  moef (Kortessem), Het was een warm, gevoerde koker van ongeveer 30 cm. lang - speciaal gebruikt door dames, ter verwarming van beide handen. Cfr. ook par. 34: De Kleding, p. 444.  moef (Herten (bij Roermond)), in het dialect is er verder geen speciaal woord voor  mof (Rekem), klank tussen o en oe  mof (Bree), kort uitspreken  moof (Kermt, ... ), o lang en naar oe  mof (Lommel), o leunt aan bij oo (dof)  mof (Peer), Opg. mof/mop? (moeilijk leesbaar, rk)  mof (Schulen), Zie ook afb. p. 195.  moef (Kerkrade), naaf:   muf (Kanne), nagelijzer:   muf (Jeuk), polsmof:   moef (Brunssum, ... ), moeffen (Bilzen), moeffu (Mesch), mof (Beek, ... ), moff (Beringen), moffe (Bocholt, ... ), moffen (Koersel, ... ), mofə (Kaulille), mofə-mefkə (Neeroeteren), moo-uf (Eisden), moof (Boekend, ... ), mooffe (Meeuwen), mouf (Lommel), mōf (Hamont, ... ), mōfə (Opoeteren), mŏf (Lanklaar, ... ), moͅf (Achel, ... ), moͅfə (Boorsem, ... ), muf (Donk (bij Herk-de-Stad), ... ), muffen (Neeroeteren), mòf (Baarlo, ... ), móf (Belfeld, ... ), môf (Blerick, ... ), môf pols (Hout-Blerick), [opg. doorstreept, misschien n.a.v. vraag 042?]  móf (Buchten), o tussen o en oo  mof (Bocholt), uitspraak o is dof  mof (Maasbracht), ponsnippel:   muf (Jeuk), pruilmond:   moef (Jeuk), pruis:   mof (Venlo), mòf (Asenray/Maalbroek), sok, mof:   mof (Herten, ... ), mo̜f (Houthalen), muf (Bleijerheide, ... ), want:   maf (Zutendaal), moef (Bilzen), zeisring:   mof (Opglabbeek) I-3, II-11, II-3, III-1-3, III-1-4, III-3-1