e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
snotvalling verkoudheid: [Lichte]  snotvalling (Neerpelt) III-1-2
snotverkoud zwaar verkouden:   snôôtverkeld (Horst) III-1-2
snotvuil (bijvgl. nmw.) bedorven ei:   snotvul (Milsbeek, ... ) I-12
snotziekte snot:   snotzektǝ (Kwaadmechelen) I-12
snuf poeder, pulver:   snuf (Sevenum, ... ), snuit:   snŭf (Gennep) III-4-2, III-4-4
snuffel citroenvlinder: WBD/WLD  sniffəl (Opglabbeek), hoofd (spotnamen): hal owwe snuffel bij ow  snuffel (Broekhuizen), mot: ook in ZND 31, 038  sniffel (Peer), snuffel (Houthalen), nachtvlinder:   snuffel (Hunsel), neus (spotnamen):   snuffel (Leveroy), snor:   snuffəl (Eisden), snuffelziekte:   snøfǝl (Helden, ... ), šnøfǝl (Herten), snuit: eigen spellingsysteem  sjnuffel (Geleen), ideosyncr.  sjnuffel (Melick), vlinder:   snefəl (Bree, ... ), sneͅfəl (Linde), sneͅf’ol (oud) (Peer), sniffel (Bree, ... ), snuffel (Bocholt, ... ), snuffel (oud) (Grote-Brogel), snŭffel (Bocholt), snyfəl (Bocholt, ... ), snöfel (Molenbeersel), snöfəl (Molenbeersel, ... ), snøfəl (Hunsel, ... ), snøͅfəl (Molenbeersel), vrouwelijk geslachtsdeel: Gewoon.  sjnòffel (Thorn) I-12, III-1-1, III-4-2
snuffel in de naas snuffelziekte:   šnøfǝl enǝ nās (Swalmen) I-12
snuffelaar nieuwsgierigaard:   snuffeleer (Caberg) III-1-4
snuffeldoek dunne sjaal:   snufəlduk (Tongeren) III-1-3
snuffelen ruiken:   snuffele (Kinrooi), snøfələ (Smeermaas), Dier.  snuffelen (Houthalen), snikken:   snuffele (Eigenbilzen, ... ), verdacht rondlopen: NB: streepe = roven.  ? snoeffele (Bilzen) III-1-1, III-1-2, III-1-4