e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
met haren op beschimmeld: toegift brood, gebak: terve-/witte broet, toert,gatoo, krobbe  met haore op (Maastricht) III-2-3
met helpen baggelen helpen bij het biggen werpen:   męt hɛlpǝ bagǝlǝ (Stokkem) I-12
met het bandje om zondagse kleren:   mêt `t bensje öm (Gronsveld) III-1-3
met het bijl afhouwen horens verwijderen:   mɛt ǝt bil āfhǫwǝ (Hoensbroek) II-1
met het dopje spelen met een zelfgemaakte tol spelen:   met het depke spelen (Grote-Spouwen) III-3-2
met het geluk geboren zijn geluksvogel; altijd geluk hebben:   hi-je is met ⁄t ge-lek geboeoren (Ulbeek) III-1-4
met het grootste gemak gemakkelijk:   met ’t groeëtste gemaâk (Altweert, ... ) III-1-4
met het hooi bezig zijn hooien, hooibouw:   mit t hø̜i̯ bēzeg zēn (Montfort) I-3
met het ijzer keuteren het ruggemerg doorsnijden of -steken:   mɛ tɛ̄ǝzǝr kø̜̄tǝrǝ (Beringen) II-1
met het karbeslag slepen slepen:   met˱ ǝt kɛrbǝšlā.x .šlęi̯.pǝ (Boukoul, ... ) I-2