e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
op rioolvoort spaden een voor overslaan:   ǫp riūǝlsvōrt spai̯ǝ (Nederweert) I-5
op rits de hort op:   op rits zijn (Hasselt), de hort op?:   op rits (Geleen, ... ), vgl. Maastricht Wb. (pag. 352): rits, in de zegsw. op rits (of: op de rits, of: de rits op) zien, a) erop uit zijn voor zijn plezier; -b) op de lop zijn.  op rits (Maastricht) III-3-1
op roeden leggen op rijen zetten:   ǫp [roeden] lęgǝ (Gelieren Bret) I-3
op roeden trekken op rijen zetten:   ǫp [roeden] trękǝ (Maasmechelen) I-3
op roedingen trekken op rijen zetten:   ǫp rō.īŋ trɛkǝ (Maaseik) I-3
op rollen doen op rijen zetten:   ǫp [rollen] dūn (Sint Geertruid) I-3
op rollen draaien op rijen zetten:   ǫp [rollen] drīǝ (Puth) I-3
op rollen zetten op rijen zetten:   ǫp [rollen] zętǝ (Nederweert) I-3
op roof uitsturen tot roven aanzetten:   op rǫwf ūtštȳrǝ (Herkenbosch) II-6
op roosters zetten op ruiters zetten, ruiteren:   ǫp [roosters] ˲zętǝ (Borgloon) I-3