e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
prazelen raaskallen: Van Dale: prazelen, (gew.) 1. bazelen, babbelen.  prazele (Helden/Everlo), prāāzələ (Reuver), zaniken, zeuren: Van Dale: prazelen, (gew.) 1. bazelen, babbelen.  prazele (Venlo) III-3-1
pre (fr.) grootvader:   peer (Tongeren), dit wordt ook voor "vader"gebruikt  péér (Borgloon), vero.  peer (Gronsveld), vader:   peejrə (Niel-bij-St.-Truiden), peer (Kortessem, ... ), peere (Beverlo), peeëre (Zonhoven), peire (Sint-Truiden), pēr (Maastricht, ... ), cf. VD F-N s.v. "père  peere (Halmaal), cf. VD s.v. I. peer"(gew.) vader  peer (Maastricht), gewone spreektaal  pēr (Maastricht), Indien men er met anderen over spreekt ba, peer of ouwe, meestal dan mnen ouwe, maar men spreekt hem aan met pa, soms papa  peer (Margraten), nooit als aanspreekvorm; cf. Schuermans s.v. "peer"= vader  pe.re (Hasselt), onder mensen ook: -; cf. WNT s.v. "peer (I)"1. Eigenlijk, Vader  peer (Mheer), ordinair Maastrichts  pēr (Maastricht), over hem  pēr (Maastricht), vroeger en nu bij arme mensen  pēr (Maastricht) III-2-2
precies gemakkelijkste wijze; gemakkelijkst; gemakkelijk maken:   precies (Meijel), kieskeurig:   precies (Tungelroy), presies (Meerlo), nauwgezet; nauwgezet persoon:   dà dis prəsīēs (Mheer), héé is prəsĭĕs (Wittem/Partei), hééə is prəsīēs (Mheer), perceis (Caberg, ... ), percies (Meijel, ... ), perseis (Maastricht), persies (Herten (bij Roermond), ... ), persijs (Gronsveld, ... ), persiês (Venlo), preceis (Caberg), precies (Eksel, ... ), preciese (Schaesberg), preciesu (Brunssum), presi-js (Bree), presies (Posterholt, ... ), presīēs (Meerlo), presĭĕs (As), pressies (Vlodrop), prəsies (Montfort, ... ), prəsiezə (Loksbergen), prəsiĕs (Nieuwenhagen), prəsijs (Maastricht), prəsīēs (Grubbenvorst, ... ), prəsĭĕs (Belfeld, ... ), pərsies (Kelpen), pərsijs (Maastricht), pərsīēs (Broekhuizen, ... ), pərsĭĕs (Hechtel, ... ), ə is pərsĭĕs (Hechtel), van een werk  pərsîês (Schaesberg), passen:   perseis (Maastricht), streng:   precīēs (Oirlo), zedig:   precies (Tungelroy) III-1-3, III-1-4
precies passen passen:   pastj presies (Thorn), precies pâsse (Venray) III-1-3
precies verband paramentwerk:   prǝsis ˲vǝrbantj (Neeritter) II-9
precies verkeerd uit de tegengestelde richting dan die van de losplaats aankomen:   dae kömpt precies verkieërd in (Doenrade) III-3-2
precies werk nauwgezet; nauwgezet persoon: sekuur van werk  pərsīēs wéérk (Meerlo) III-1-4
preciese kieskeurig persoon:   prəsiesə (Loksbergen) III-1-4
preciese, een - degelijk:   prəsīēsə (Loksbergen), nauwgezet; nauwgezet persoon:   eine presiese (Schimmert), secuur niet gebruikt  tiz nə pəzīēzən (Kwaadmechelen) III-1-4
precieze, een - nauwgezet; nauwgezet persoon:   tiz ənə prəsĭĕzə (Belfeld), van een persoon  ənə prəsīēzə (Waubach) III-1-4