| 18153 |
dokteren |
dokteren:
doktoren (P120p Alken)
|
dokteren: De geneeskunde beoefenen (meesteren, dokteren). [N 107 (2001)]
III-1-2
|
| 24862 |
dolle kervel |
dolle kervel:
dǫlǝ kē̜rǝvǝl (P120p Alken)
|
Chaerophyllum temulum L. Een vrij algemeen voorkomend -naar men aanneemt: giftig- onkruid aan bosranden, akkerkanten en beschaduwde wegbermen met een behaarde, roodgevlekte stengel, witte bloempjes in schermen en veervormig, ingesneden donkergroen blad. Het bloeit van mei tot juli en de lente varieert van 60 tot 120 cm. [A 60A, 16; L 1, a-m; L 6, 35; L 15, 8; S 7; monogr.]
I-5
|
| 17908 |
dompelen |
dompelen:
in t wetter doempelen (P120p Alken),
in het water dompelen:
in ⁄t wetter doempelen (P120p Alken, ...
P120p Alken)
|
(in het water) dompelen [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)] || ge moet het doekje in t water dompelen [ZND 23 (1937)]
III-1-2, III-4-4
|
| 25120 |
donderen |
donderen:
donderen (P120p Alken, ...
P120p Alken)
|
donderen [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)]
III-4-4
|
| 25121 |
donderwolk |
donderwolk:
donderwolk (P120p Alken)
|
donderwolk [ZND 33 (1940)]
III-4-4
|
| 25118 |
donderx |
donder:
donder (P120p Alken, ...
P120p Alken)
|
donder [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)]
III-4-4
|
| 25855 |
donker bier |
bruin bier:
brø̄ǝn bīr (P120p Alken)
|
Bier dat gebrouwen is uit donkere mout. Volgens de invuller uit Q 99 had dit bier een alcoholpercentage van 3,5 procent. [N 35, 96; monogr.]
II-2
|
| 25021 |
donker, duisterx |
donker:
doinkel (P120p Alken)
|
(`t is hier) donker [ZND 23 (1937)]
III-4-4
|
| 24138 |
dons, nestveren |
dons:
dons (P120p Alken)
|
dons [ZND 35 (1941)]
III-4-1
|
| 20195 |
dood (adj. schertsend bedoeld |
amen:
znd 23, 022b;
amen (P120p Alken),
hemelen:
znd 23, 022b;
himelen (P120p Alken),
kapot:
znd 23, 022b;
kapot (P120p Alken),
vertrokken:
znd 23, 022b;
vertroekken (P120p Alken)
|
dood; schertsende uitdrukking die hiervoor gebruikt wordt [ZND 23 (1937)]
III-2-2
|