| 25130 |
beetje regens |
motregen, fijne regen:
’n bietje raegens (L299p Reuver)
III-4-4
|
|
| 22119 |
beetje schuins |
uit een schuine richting t.o.v. die van de losplaats aankomen:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
e bitsje sjaajes (Q083p Bilzen)
III-3-2
|
|
| 20567 |
beetje snuif |
snuifje:
bitjə snūūf (L164p Gennep)
III-2-3
|
|
| 22119 |
beetje te hoog |
uit een schuine richting t.o.v. die van de losplaats aankomen:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
(e bitsje) te haug (Q083p Bilzen)
III-3-2
|
|
| 22119 |
beetje te laag |
uit een schuine richting t.o.v. die van de losplaats aankomen:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
(e bitsje) te leig (Q083p Bilzen)
III-3-2
|
|
| 19243 |
beetje wachten |
pauzeren:
(e = een).
e bitje wachte (P219p Jeuk)
III-1-4
|
|
| 25087 |
beetje weinig |
onbelangrijk:
e bitsje wīēnig (L417p As)
III-4-4
|
|
| 20559 |
beetje, een - |
rest in het glas:
bietje (P219p Jeuk),
bietske (L352p Hechtel),
bitske (P051p Lummen),
een bitje
bitjə (L265p Meijel)
III-2-3
|
|
| 18963 |
beetnemen |
voor de gek houden:
beetneme (L360p Bree)
III-1-4
|
|
| 21516 |
beetpakken |
betrappen:
beetpakken (K314p Kwaadmechelen)
III-3-1
|
|