e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
pingat pengat:   pengāt (Sint Odilienberg), pingat:   pingat (Lommel) II-10, II-12
pingel strafschop: Afl. pingeleer: pingelaar (spec. bij het voetballen).  pingel (Swalmen) III-3-2
pingelen afdingen:   pae.ŋələ (Opgrimbie), pengele (As, ... ), peŋələ (Martenslinde), piengele (Wellen), pin-gələ (Maastricht), pingele (Amby, ... ), pingelen (Blerick, ... ), pingelə (Gennep, ... ), pingəllə (Grevenbicht/Papenhoven), pingələ (Heer, ... ), pingələn (Urmond), pinkele (Ell, ... ), pinkələ (Kapel-in-t-Zand), pīngələ (Heerlen), pèngele (Wellen), Algemene opmerking: deze vragenlijst/dit antwoord zo letterlijk mogelijk overgenomen (dus niet omgespeld!).  pin-gele (Maastricht), Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).  pingele (Welten), ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld volgens Veldeke, zoals opgegeven als spellingssysteem).  pīngele (Boeket/Heisterstraat), ps. omgespeld volgens Frings.  pengələ (Kermt, ... ), peŋkələ (Ophoven, ... ), peŋələ (Opglabbeek, ... ), peͅiŋələ (Borgloon), peͅŋkələ (Waterloos), peͅŋələ (Diepenbeek, ... ), piŋkələ (Velm), piŋələ (Hasselt, ... ), pīŋkələ (Opheers), ⁄pēŋələ (Boekt/Heikant), ps. omgespeld volgens Frings. Boven de "n"staat nog een ~; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen.  pin~ələ (Oud-Waterschei), ps. omgespeld volgens Frings. Boven de i staat nog een ´; dit tekentje heb ik niet meegenomen in de omspelling!  piŋələ (Ketsingen), aftroggelen:   pungele (Steyl), piano spelen: Op eine piano pingelen.  pingele (Swalmen), trekken en talmen:   pingele (Beegden, ... ), pingelen (Heugem, ... ), pingkələ (Holtum), pinkele (Neeritter, ... ), Opm. de i is kort.  pingələ (Heer), ps. omgespeld volgens Frings.  pengələ (Neerharen), peŋkələ (Maaseik, ... ), peŋələ (Bree, ... ), peͅnələ (Mechelen-aan-de-Maas), peͅŋkələ (Waterloos), peͅŋələ (Hoeselt), piŋələ (Hoeselt, ... ) III-3-1, III-3-2
pingelen? schatten:   pingelen (Meeuwen) III-3-1
pingen voetballen:   `pɛŋə (Gemmenich) III-3-2
pingeschier gereedschap:   pengǝšę̄ǝr (Stein  [(Maurits)]   [Winterslag, Waterschei]) II-5
pingping geld:   ping-ping (Egchel, ... ), ps. omgespeld volgens Frings.  peŋ peŋ (Maaseik, ... ), peŋ, peŋ (Maaseik), pēŋ⁄pēŋ (Boekt/Heikant) III-3-1
pinhaak mathaak:   pinhaak (Maaseik), metalen deel van de mathaak:   penhǭk (Rosmeer) I-4
pinhaar borstelig haar:   penhoͅwər (Lommel, ... ), pinaor (Meeswijk), pinhaar (Hasselt), pinhaor (Baexem, ... ), pinhār (Paal), pinhoar (Valkenburg, ... ), pinhoər (Neeroeteren), pinhōr (Meijel), pinhàòr (Horst), pinhäör (Oirlo), pinhòòr (Kerensheide), pinhöör (Gennep), sluik haar:   pinhaor (Baarlo, ... ), pinhoar (Susteren) III-1-1
pinhamel dekhamer:   penhāmǝl (Houthalen), hoefijzersmeedhamer:   penhāmǝl (Swalmen), ijzeren hamer waarmee men het slachtvee verdooft:   penhamǝl (Lummen), pinhamel (Grazen), pęnhāmǝl (Herk-de-Stad), pinhamer:   penhāmǝl (Herten, ... ), penhǭmǝl (Bevingen), zijhamer:   penhāmǝl (Herten), penhǭmǝl (Bevingen) II-1, II-11, II-9