e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Amby

Overzicht

Gevonden: 3110
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
beukennootje beukennootje: beukeneutje (Amby) beukenootje [ZND 01u (1924)] III-4-3
beurse plek bluts: bluoetsch (Amby) blutsen, kneuzen (van appelen): de appelen niet blutsen [ZND 21 (1936)] III-2-3
bevallen bevallen: bevalle (Amby), een kind het levenslicht schenken: e kind ⁄t levensleeg schinken (Amby), een kind krijgen: e keend kriege (Amby) Bevallen: een kind ter wereld brengen (bevallen, vallen, een kindje krijgen, kinderen winnen, omschudden, kopen). [N 84 (1981)] || levenslicht [een kind het ~ schenken] [SGV (1914)] III-2-2
bevel bevel: bevel (Amby, ... ), opdracht: opdrach (Amby, ... ), plicht: plich (Amby, ... ) bevel [SGV (1914)] || een opdracht waaraan gehoorzaamd moet worden [bevel, beveel, last, orden] [N 85 (1981)] III-1-4, III-3-1
bevelen get doen doen: get dōēn dóén (Amby, ... ) iemand nadrukkelijk of met gezag opdragen iets te doen [heten, hieten, ordenen, bestellen, bevelen] [N 85 (1981)] III-1-4, III-3-1
bewerkelijk (zijn) bewerkelijk: bewerrekelik (Amby) niet eenvoudig wat de bewerking betreft, veel tijd eisend [ruizig] [N 85 (1981)] III-1-4
bewolkte lucht de lucht is toe: de log is tow, də zuus gein schterrə (Amby) Hoe zegt men in uw dialect: De lucht, de hemel is bewolkt, je ziet geen sterren. [DC 30 (1958)] III-4-4
bezem bezem: beͅsəm (Amby), bɛsəm (Amby, ... ), Zie tekening: a (links)  bessəm (Amby) bezem [RND], [SGV (1914)], [ZND 01 (1922)], [ZND 21 (1936)] || bezem (soorten) [DC 15 (1947)] III-2-1
bezemsteel bezemstek: bɛsəmstɛk (Amby), steel: štēl (Amby) bezemsteel [RND] || de steel van een bezem, van een bloem [ZND 07 (1924)] III-2-1
bezig bezig: bezig (Amby) werkzaam aan of met iets bezig zijn [bezig, onledig, ollig, doende, gesteld [zijn aan]] [N 85 (1981)] III-1-4