e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Amby

Overzicht

Gevonden: 3110
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bezoek bezoek: bezeuk (Amby), bezōk (Amby), ps. omgespeld volgens Frings.  bezø͂ͅk (Amby) bezoek [SGV (1914)], [ZND 01 (1922)] III-3-1
bezorgd ongerust: oongerös zeen (Amby) ongerust zijn, vol kommer en zorg zijn (d) [betusseld, betimperd, zorg hebben] [N 85 (1981)] III-1-4
bezwijming flauwte: flawte (Amby) Bezwijming: flauwte, onmacht (kwalijkte, kwalijkvaart, zwijm, zwijmel). [N 84 (1981)] III-1-2
bibberen bibberen: bubbere (Amby), rijderen: rëerre (Amby) bibberen [ZND 01 (1922)] || bibberen, bibberen [SGV (1914)] III-1-2
bidden beden: bèje (Amby) bidden [SGV (1914)] III-3-3
biechten (gaan) biechten (gaan): beechte (Amby), beegte (Amby) biechten [SGV (1914)] || Biechten. [ZND 01 (1922)] III-3-3
bieden bieden: beeje (Amby, ... ), bejə (Amby) bieden [RND], [SGV (1914)], [ZND 01 (1922)] III-3-1
bier bier: beer (Amby), béér (Amby), verzamelfiche ook mat. van ZND 01 (a-m) ook ZND 22 vr. 27a  beer (Amby) bier [RND], [SGV (1914)], [ZND 06 (1924)] III-2-3
biestmelk biest: bis (Amby), bēs (Amby), bęi̯s (Amby) De eerste melk van de koe, nadat ze gekalfd heeft. [L 32, 100; JG 1a, 1b; S 3; A 7, 18; monogr.] I-11
bietenriek krotenriek: krōtǝrēk (Amby) Riek om bieten mee te verplaatsen. Doorgaans met minder tanden dan de aardappelriek, maar wel met bolletjes aan de uiteinden van de tanden om de bieten niet te beschadigen. Bij krotengaffel, achter in het lemma, wordt uitdrukkelijk opgemerkt dat het stuk gereedschap 8 tot 10 tanden heeft. Vergelijk ook de toelichtingen bij de lemmaɛs Aardappelriek en Bietenkopper. [N 18, 25a, 25b en 64; JG 1d; A 28, 3; monogr.] I-5