31970 |
afschrijflat |
rei:
rāj (Q083p Bilzen)
|
Een zuiver vlak en recht geschaafde lat, soms voorzien van een maatindeling, waarlangs men een rechte lijn kan trekken en waarmee men kan controleren of iets recht is. Zie voor het door invullers uit Geulle (Q 18) en Mechelen (Q 204a) opgegeven woordtype ril ook DL, pag. 571 s.v. ɛr√ªleɛ en RhWb (VII), kol. 428 s.v. ɛRilleɛ.' [N 53, 185a; N 53, 185c; monogr.]
II-12
|
30241 |
afschrijven |
uittekenen:
ǫwttēkǝnǝ (Q083p Bilzen)
|
Met behulp van het dubbele kruishout op stijlen en dorpels de plaatsen aantekenen waar de pennen en gaten moeten worden aangebracht. [N 55, 4b]
II-9
|
31864 |
afschuinen |
de hoek breken:
dǝn (h)uk˱ brē̜kǝ (Q083p Bilzen),
een schuinse kant deraan schaven:
nǝ šājnsǝ kant trǭn šǭvǝ (Q083p Bilzen),
schuins schaven:
šājns šǭvǝ (Q083p Bilzen),
schuinsens schaven:
šensǝs šǭvǝ (Q083p Bilzen)
|
De kant van een stuk hout, bijvoorbeeld een plank, schuin afschaven. [N 53, 125a; monogr.]
II-12
|
31865 |
afschuining |
schuinse kant:
šājnsǝ kant (Q083p Bilzen)
|
De schuinte die ontstaat door de kant van een stuk hout te schaven. Zie ook afb. 52. Vgl. voor het woordtype vaas, dat werd opgegeven door de respondent uit Mechelen (Q 204a), ook wnt XVIII, kol. 632, s.v. vasche, ø̄reep, strookø̄. Wanneer twee stukken hout die elk aan de lange, smalle zijde van een afschuining zijn voorzien, tegen elkaar worden bevestigd, ontstaat een V-vormige uitsparing, die visbek wordt genoemd. [N 53, 125b; monogr.]
II-12
|
29753 |
afsmeren |
toeplekken:
tǫwplɛkǝ (Q083p Bilzen),
toesmeren met leem:
tǫwsmē̜rǝ męt lēm (Q083p Bilzen)
|
De veldoven zonder muren aan de buitenzijde afsmeren met natte klei. [N 98, 116; monogr.]
II-8
|
33312 |
afsnijden met de sikkel |
repen:
rɛpǝ (Q083p Bilzen)
|
[L B2, 281; Lu 1, 16.2; monogr.; add. uit N Q, 11c]
I-5
|
30403 |
afspijkeren |
de contremarchen nagelen:
dǝ kǫ̃ntrǝmáršǝ nęxǝlǝ (Q083p Bilzen)
|
De stootborden met behulp van nagels tegen de wellat en de trede vastspijkeren. [N 55, 118]
II-9
|
22137 |
afstandskaart met coördinaten |
kaart met de afstand:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
(de kaot mèt) den aofstand (Q083p Bilzen)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: de afstandskaart met coördinaten? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
31055 |
afstijfselen |
inpappen:
ę̄npapǝ (Q083p Bilzen)
|
De zool en/of de rand met stijfsel insmeren. [N 60, 121b]
II-10
|
29674 |
afstrijkboog |
boog:
buǝx (Q083p Bilzen),
snijboog:
snājbuǝx (Q083p Bilzen)
|
Boog met draad waarmee de overtollige klei wordt afgestreken. Zie afb. 20 en het lemma ɛafsnijderɛ.' [N 98, 77; monogr.]
II-8
|