e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
schoenknopen knopjes:   šōnknø̜jp (Dilsen), knopjes [wld ii.10, p. 28]: Schoenknoopjes.  choonknuip (Dilsen) II-10, III-1-3
schoenlade schoenlade:   schoenlade (Lommel) II-10
schoenlap lap op een schoen:   schoenlap (Sint-Truiden), lap van een schoen:   sjòònlap (Boorsem) III-1-3
schoenlappen voetzool: RK: zool van schoen.  schoonlappe (Heerlen) III-1-1
schoenlapper citroenvlinder:   schoenlapper (Montfort), libel en waterjuffer:   schoenlepper (Afferden), schoenlépper (Gennep, ... ), schoenmaker:   schoenlapper (Lommel), šynlapǝr (Tongeren), šōnlapǝr (As), šūnlapǝr (Bilzen) II-10, III-4-2
schoenleest leest:   šōnlīst (Dilsen) II-10
schoenlepel schoenlepel:   schoenglepel (Achel), schoenlepel (Peer), schoonlaepel (Venlo), schoonleapel (Hout-Blerick), schoonlèèpel (Hout-Blerick), sjoenljèpel (Eigenbilzen), sjongleffel (Kerkrade), sjoonjēppel (Veldwezelt), sjoonlaepel (Herten (bij Roermond)), sjoonlaïpel (Maasniel), sjoonlèpel (Heythuysen, ... ), sjoonlépel (Caberg), Moeilijk leesbaar -li-.  schōēnlippel (Eksel) III-1-3
schoenleper schoenlepel:   schoewenleuper (Wellen), skoenleͅpper (Jeuk) III-1-3
schoenlok gaatje voor de schoenveter:   sjonglöcher (Bocholtz) III-1-3
schoenlokje gaatje voor de schoenveter:   sjoonlaökskes (Sittard) III-1-3