e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
zijig krols:   zejyx (Diets-Heur) III-2-1
zijijzers zeugekooi:   zęi̯īzǝrs (Smeermaas) I-6
zijkamrad rondsel van de watermolen:   zęjkamprǫǝt (Berlingen) II-3
zijkant broodkorst:   ziǝkant (Blerick), bruidsportaal:   ziekantj (Grevenbicht/Papenhoven), eindvoor aan de zijkant:   zii̯kãnt (Oirlo), kop:   zejkant (Houthalen), zi.jkaŋk (Heerlen), korte zijkant van de mand:   d’r ziejkant (Klimmen), zeejkant (Eisden), zeikant (Rijkhoven), zi-jkànt (As), ziejkanjt (Beesel), ziekanjt (Doenrade), ziekant (Eys, ... ), zijkant (Mielen-boven-Aalst), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!  de zeika.nt (Zolder), ongewijde aarde:   zi-jkank (Weert), strek:   zajkant (Sint-Truiden), zijkanjt (Neeritter), zēkánt (Loksbergen), zē̜kant (Tessenderlo), zęjkant (Genk, ... ), zęjkānt (Lommel), velkant:   zejkā.nt (Sluizen), vlechtwerk van de wand:   zejkant (Weert), zɛ̄kānt (Sint-Truiden), vooraanweeg:   zikanjt (Herten), voorgeborchte van de biechtstoel:   ziekantj (Posterholt), zĭĕjkant (Klimmen), wang:   zijkant (Sint-Truiden), wolfseinde:   zikant (Klimmen  [(meervoud: zikɛnt)]  ), zijbeuk:   siekenj (Linne), zi-jkante (Boorsem), zie kante (Vijlen), ziejkante (Kelpen), ziejkantj (Heel, ... ), ziekanken (Tegelen), ziekante (Koningsbosch), ziekenj (Melick), ziekent (Eys), ziekènk (Voerendaal), zijkante (Heugem), #NAME?  ziejkènj (Schinnen), zijde:   zijkand (Meijel), zijkapel:   ziekantj (Neer), zijpad:   zi-jkanten (Mechelen-aan-de-Maas), ziejkantj (Kelpen), zijkant (Maastricht), zijkānte (Maastricht), zijwand:   zikant (Ten Esschen), (mv)  zii̯kɛi̯ntjš (Tongerlo), zikantǝ (Berg / Terblijt), zikęnt (Valkenburg), zęi̯kantǝn (Bommershoven, ... ) I-1, I-13, II-1, II-12, II-3, II-8, II-9, III-1-1, III-3-2, III-3-3
zijkant van de tige hielpand:   zājkant van dǝ tīš (Bilzen), hielpand [wld ii.10, p. 24]:   zaajkant v.d. tīēsj (Bilzen) II-10, III-1-3
zijkanten beide panden van een uiteengeploegde akker:   zei̯kãntǝ (Gennep, ... ), zę̄kantǝ (Hasselt), zę̄kãntǝ (Rummen), zīkɛnjtǝ (Berg), eindvoor aan de zijkant:   zēkɛnt (Schimmert), flank:   zęi̯ka.ntǝ (Eksel), zęi̯kāntǝ (Riemst), zɛi̯kɛnǝ (Neerharen), kaken van de askop:   zijkantjǝ (Thorn), záǝjkantǝ (Lummen), vetgaten:   zęjkantǝ (Alken), zijkanten van een peperkoek:   zikantǝ (Cadier), zē̜kantǝ (Neerpelt), %%enkelvoud%%  zijkant (Maastricht), zęjkaŋkt (Helden), zīka.ntj (Melick), zijstukken:   zejkāntǝ (Ottersum), zīkānt (Mechelen), zijstukken van het raam:   zei̯kɛnt (Elen), zijwanden:   zikɛnjǝ (Herten) III-3-2, I-1, I-2, I-9, II-1, II-3, II-9
zijkanten (mv.) de vier zijden van een bikkelbeentje:   zeikantə (Maaseik)
zijkantvloer ovengewelf:   zijkantvloer (Maastricht) II-1
zijkapel zijkapel:   de zi-jkapelle (Eisden), de zie-j-kapel (Hoensbroek), de zijkapel (Maastricht), de zijkapɛl (Montzen), de zĭĕjkepél (Klimmen), linker en rechter ziekapel van kerkdeur uit gezien (Gulpen), zaekapelle (Siebengewald), zejkapellen (Heers), zēͅkapeͅl (Loksbergen), zēͅkapəl (Sint-Truiden), ziejkapel (Roermond, ... ), ziejkapelle (Kelpen), ziejkepel (Baarlo, ... ), ziekapel (Eys, ... ), ziekapelle (Holtum, ... ), ziekapellen (Tegelen), ziekapèl (Nuth/Aalbeek), ziekepeil (Roermond), ziekepel (Baarlo, ... ), ziekəpèèl (Ulestraten), ziĕkàpèl (Nieuwenhagen), zijkapel (Sint-Huibrechts-Lille), zijkapellen (Peer), zijkepel (Maastricht), zijkèpel (Maastricht), zīēkĕpél (Urmond), zèèkapel (Sint-Truiden) III-3-3
zijkapelletje zijkapel:   ziekapelke (Blerick) III-3-3