e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
met de puimsteen schuren afpuimen:   męt ˲dǝr pymštē̜ šūǝrǝ (Gulpen) II-9
met de reep lopen hoepelen: /  mèt de rijp laupe (Mechelen-aan-de-Maas) III-3-2
met de reep slepen slepen:   męt ˲dǝ ręi̯p šlęi̯pǝ (Tegelen) I-2
met de reep spelen hoepelen: /  met de riep spelen (Godschei), met de rijp spele (Bunde), met de rijp spulen (Elen), met de rèèp (Wijshagen) III-3-2
met de riek schokkelen schudden met de riek:   met ˲dǝ rik sxokǝlǝ (Horst) I-1
met de ring doen hoepelen:   mitte rink doon (Buggenum) III-3-2
met de ring jagen hoepelen:   met de renk jage (Riksingen), met de rink joage (Zichen-Zussen-Bolder) III-3-2
met de ring lopen hoepelen:   met de rienk laope (Zichen-Zussen-Bolder), mit der rink loope (Mechelen) III-3-2
met de ring spelen hoepelen:   mait den reenk speele (s-Herenelderen), met den ring spelen (Houthalen) III-3-2
met de ring varen hoepelen:   met de rink vaare (Hees) III-3-2