e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
ruwe zijde strek:   rǫw ziǝ (Bleijerheide) II-8
ruwe, een - durfal:   rouwwe (Vlodrop) III-1-4
ruwe, een ~ bits:   ne`n raë (Sint-Truiden, ... ), sterke / ruwe kerel:   d`as `n rouwe (Stokrooie), da is ne rouwe (Wintershoven), das eenen rauwe (Waasmont), das nə rauə (Sint-Truiden), dat is ɛinə ruwə (Lanklaar), eene roewe (Lanklaar), roewe (Bree, ... ), zelfstandig gebruikt  ənə rōwə (Opgrimbie) III-1-4, III-3-1
ruwe, ongezuiverde honing ruwe honing:   ruwe, ongezuiverde honing (Opglabbeek) II-6
ruwe? alle kegels in één keer omverwerpen:   roewe (Jeuk) III-3-2
ruwen schaven met de tandschaaf:   rȳwǝ (Dilsen, ... ) II-12
ruwgoed gemalen, niet gezuiverd graan:   ruwgōt (Brunssum) II-1
ruwharig ruw, ruig:   rauhuerig (Rimburg), roewhø͂ͅrig (Valkenburg), rōēwhoarig (Eijsden) III-4-4
ruwigheid afdoen een voor afhakken, afscheppen:   rǫu̯exhęi̯t˱ āf˱dōn (Ospel) I-1
ruwkop wilde hoofdharen:   rāwkoͅp (Lommel) III-1-1