e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
autogenisch apparaat lasbrander:   ōtōgēnes˱ apǝrāt (Rothem) II-11
automatiekje automatische schroevendraaier:   ōtōmatikskǝ (Leopoldsburg) II-12
automatique-constateur (<fr.) duivenklok:   automatic-konstateur (Tongeren) III-3-2
automobiel auto:   automobiel (Ittervoort), óttomòbĭĕl (As), óttómóbĭĕl (Epen) III-3-1
autoped autoped:   autoped (Born, ... ), autopet (Beesel, ... ), autōpeͅt (Susteren), otoped (Gronsveld, ... ), ōtōpeͅt (Maastricht), ōͅtəpeͅt (Swalmen), oͅutōpeͅt (Amstenrade), /  autoped (Amstenrade, ... ), Autoped (Grevenbicht/Papenhoven), autoped (Melick, ... ), autopet (Linne, ... ), autópèt (Meijel), otoped (Heer), otopet (Maastricht), otopet/ (Maastricht), outoped (Roermond), p. 6: Een tegenstelling tussen Nederlands-Limburg en Belgisch-Limburg.  autoped (Beek, ... ), tro(n)tenet: België.  oͅutopeͅt (Tungelroy, ... ), Ww. autopette: steppen.  autopet (Swalmen), Ww.: autopette; mit de autopet vare [id.].  autopet (Posterholt) III-3-2
autoriteit vooraanstaande:   autoriteit (Blerick) III-3-1
autowant handschoen zonder vingers:   auto- [of fiets}wante (Oirlo) III-1-3
autowijden laten wijden:   autowije (Hoepertingen), ottou wèìën (Diepenbeek) III-3-3
autowijdens laten wijden:   ootowijjes (Eksel) III-3-3
autowijding laten wijden:   ottowiejing (Bocholt, ... ), outouwèèdeing (Sint-Truiden) III-3-3