e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
te ruim te wijd:   tǝ rym (Milsbeek), tǝ rȳm (Lutterade, ... ), tǝ rȳǝm (Heerlen) II-10, II-7
te ruim zijn te groot zijn:   t is te ruuĕm (Heerlen), te wijd [wld ii.10, p. 58-59]:   tə rŭŭm (Milsbeek) III-1-3
te schande maken lasteren:   te sjant make (Caberg) III-1-4
te scherp naar het zand steken te diep graven:   tǝ šɛrǝp nǫ at zant stē̜kǝ (Meijel) II-4
te schol uitgedroogd:   tǝ sxǭl (Hout-Blerick) II-1
te schouw voor een hond uit te jagen slecht weer, hondenweer:   te sjouw veur nen hónd oet te jage (Valkenburg) III-4-4
te slap ongeschikt:   te slap (Meijel), te nat:   tǝ slāǝp (Blerick), tǝ šlap (Gronsveld, ... ), te snel verwerkt:   tǝ slap (Herk-de-Stad), tǝ šlap (Herten, ... ), verzopen mortel:   tǝ šlap (Klimmen) II-7, II-1
te slap bomen te slap bomen:   te slap bomen (Stramproy) II-9
te slap gemengd te nat:   te slap gemengd (Koningsbosch) II-1
te slap voederen te weinig voederen:   te slap voore (Geleen) III-3-2