e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
op voyage (fr.) gaan reizen:   op voyage gaan (Jeuk) III-3-1
op voyage (fr.) zijn op reis gaan:   op voyage geweest (Jeuk) III-3-1
op vrachtzetten andere inzetmogelijkheden:   op vracht zittə (Beesel) III-3-2
op wacht op wacht:   obwaxt (Opglabbeek), op wach (Kerkrade), op wacht (Helchteren), op wacht stoon (Maastricht, ... ), op wax (Berg, ... ), op waxt (Bree, ... ), op wāx (Kerkrade, ... ), opwacht (Oirlo), oͅp vāx (Bilzen), oͅp wax (Heers, ... ), oͅp waxt (Eksel, ... ), oͅpwax (Lanklaar, ... ), oͅpwaxt (Opoeteren), oͅpwāx (Beverst), up waxt (Meldert), upwaxt (Kwaadmechelen) III-3-1
op wacht staan doel bij verstoppertje spelen add.:   op wach stoon (Maastricht) III-3-2
op wallen trekken op rijen zetten:   op [wallen] trɛkǝ (Berg, ... ), up [wallen] trɛkǝ (Putbroek) I-3
op walm leggen afleggen van een dode: znd 32, 20;  op woëm legge (Bilzen) III-2-2
op ware grootte uitslaan uitslaan:   op wārǝ gryǝtǝ ūtšlǭn (Posterholt) II-9
op warmte brengen de oven op temperatuur brengen:   op wørmtǝ breŋǝn (Houthalen) II-1
op wedeman spelen weduwschapsspel met doffer:   witman sjpeelə (Beesel), weduwschapsspel met duivin:   z‧ɛi̯s ˂o.p we.tmā.n šp‧eͅlə (Eys) III-3-2