e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
op zijn breeds [eggen] overdwars eggen:   up ˲zǝ brīǝts (Leopoldsburg) I-2
op zijn brussels doordoen kloven:   op zijn brussels doordoen (Berverlo) II-1
op zijn dode gemak gemakkelijk:   op zien dooie gemak (Afferden), op zən doeiə gemaak (Velden) III-1-4
op zijn dooie gemak langzaam, traag:   op zien doeje gemaak (Oirsbeek) III-4-4
op zijn duits [eggen] kruiselings overhoeks eggen:   up ˲zǝn dø̜ts (Loksbergen) I-2
op zijn dwars [eggen] overdwars eggen:   op ˲zǝn dwē ̞ǝs (Kwaadmechelen), up ˲zǝn dwē̜ǝs (Heppen, ... ), ǫp ˲zǝn dwęǝs (Berverlo) I-2
op zijn eentje eenzaam:   op zeen eintsje (Bree), op zin èjntje (As), op z⁄n eitje (Weert) III-3-1
op zijn effen weer genezen:   oep z`n effe (Beverlo), op zən effen (Beringen) III-1-2
op zijn eigen eenzaam:   op zien eigə (Sweikhuizen), ingetogen:   op z⁄n eige (Weert) III-1-4, III-3-1
op zijn eigen muil uitzijn met kleine hapjes eten:   op ziĕn eige moel oetzeen (Nunhem) III-2-3