| 23513 |
zeswekenmis |
zeswekendienst:
zöswieëke deens (Q032p Schinnen),
zöwaekədeens(t) (Q032p Schinnen)
|
Een mis die zes weken na iemands overlijden wordt opgedragen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 17826 |
zetten |
zetten:
zètte (Q032p Schinnen)
|
zetten [SGV (1914)]
III-1-2
|
| 19718 |
zeven |
zeven:
zeeve (Q032p Schinnen),
zeve (Q032p Schinnen),
zijen:
zijǝ (Q032p Schinnen),
zĭĕjə (Q032p Schinnen)
|
Het sap door een zeef laten lopen. Voor de fonetische documentatie van {sap} en {broei} zie men het lemma ''sap''. [N 57, 22] || zeven; Hoe noemt U: Door een zeef laten lopen (zeven, ziften) [N 80 (1980)]
II-2, III-2-1
|
| 33146 |
zeven met de handzeef |
zeven:
zęi̯vǝ (Q032p Schinnen)
|
Zaaigraan winnen uit het met de wan gezuiverde graan door het te zeven. [N 14, 41b, 42b en 43b; JG 1a, 1b; Wi 43; S 45; monogr.]
I-4
|
| 21772 |
zich aanstellen |
zich aanstellen:
zich aansjtelle (Q032p Schinnen),
zich aasjtelle (Q032p Schinnen)
|
zich aanstellen [N 102 (1998)]
III-3-1
|
| 18804 |
zich bedenken |
zich bedenken:
zich bedänke (Q032p Schinnen),
zich bedènke (Q032p Schinnen),
zig bədinkə (Q032p Schinnen)
|
van besluit veranderen, van zijn mening terugkomen [zich bedenken, fineren] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 21298 |
zich bemoeien met |
bemoeien:
bemuije (Q032p Schinnen)
|
bemoeien [SGV (1914)]
III-3-1
|
| 19004 |
zich gedragen |
zich voegen:
zich veuge (Q032p Schinnen),
zich veugen (Q032p Schinnen),
zich veugə (Q032p Schinnen)
|
zich goed gedragen [zich voegen, zich gevoegen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 17938 |
zich haasten |
zich spoeden:
oos sjpujen (Q032p Schinnen)
|
zich haasten: we moeten ons haasten [DC 27 (1955)]
III-1-2
|
| 19319 |
zich heel wat inbeelden; ingebeeld persoon |
hoog in de bol hebben:
hoag in de bol höbbe (Q032p Schinnen),
kakmadam:
kakmadam (Q032p Schinnen),
zich get menen:
zich get meinen (Q032p Schinnen)
|
het gevoel van meerderheid te zeer of ongegrond doen blijken [groots] [N 85 (1981)] || zich heel wat inbeeldend, een te hoge mening van zich zelf hebben [veel kak hebben, veil hebben, ophangen, veel gasconnades veil hebben] [N 85 (1981)]
III-1-4
|