33906 |
steengal |
bleinen:
blęi̯nǝ (Q088p Lanaken),
eksteroog:
ēkstrou̯f (Q198p Eijsden, ...
Q193p Gronsveld,
Q095p Maastricht),
gal:
gal (L320a Ell, ...
L291p Helden,
L382p Montfort,
Q101a Sibbe / IJzeren),
kankerpoot:
kaŋkǝrpuǫt (Q009p Maasmechelen),
steengal:
stęi̯ngal (L269p Blerick, ...
L421p Dilsen,
L292p Heythuysen,
L298p Kessel,
L318b Tungelroy,
L289p Weert),
štēgal (Q202p Eys, ...
Q113p Heerlen,
Q204a Mechelen),
štęi̯ngal (L331p Swalmen)
|
Een bloeduitstorting in de hoeflederhuid onder de hoefhoorn. Het is één van de meest voorkomende hoefgebreken. De ontsteking kan zich naar boven uitbreiden en een ernstige vorm van bloedvergiftiging aannemen, wat namen als kankerpoot en rotstraal verklaart. Zie de lemmata ''rotstraal'' (7.19) en ''straalkanker'' (7.31).' [A 48A, 16; N 52, 32e]
I-9
|
27783 |
steengalerij |
bouveau chassage:
buvō šasāžǝ (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
richtstrek:
rixtštrɛk (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale]),
rixštręk (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Winterslag, Waterschei])
|
Een steengang die de hoofdsteengang met de afdelingssteengangen verbindt; zij loopt volgens de strekking van de lagen. [N 95, 943 add.; N 95, 180; monogr.]
II-5
|
27784 |
steengang |
bouveau:
bouveau (Q007p Eisden
[(Eisden)]
, ... [Zwartberg, Eisden]
Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
, [Eisden]
Q012p Rekem
[(Zwartberg / Eisden)]
[Zolder]),
buvō (L417p As
[(Zwartberg / Waterschei)]
, ... [Zwartberg]
Q007p Eisden
[(Eisden)]
, [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]
Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
, [Eisden]
Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
, [Zolder]
K361p Zolder
[(Zolder)]
, [Zwartberg, Waterschei]
Q001p Zonhoven
[(Zwartberg)]
[Winterslag, Waterschei]),
bǝvō (L286p Hamont
[(Eisden)]
, ... [Eisden]
L422p Lanklaar
[(Eisden)]
,
Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
, [Maurits]
K361p Zolder
[(Zolder)]
, [Eisden]
Q001p Zonhoven [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
dwarsgang:
dwarsgaŋ (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
gang:
gaŋ (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Maurits]),
gaŋk (L426p Buchten
[(Maurits)]
, ... [Laura, Julia]
Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Winterslag, Waterschei]),
querslag:
kwēršlāx (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Laura, Julia]
Q035p Brunssum
[(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]
, [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]
Q121a Chevremont
[(Julia)]
, [Willem-Sophia]
Q119p Eygelshoven
[(Laura / Julia)]
, [Domaniale]
Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV / Emma)]
, [Laura, Julia]
Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
, [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV, Emma]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
, [Julia]
Q121b Spekholzerheide
[(Willem-Sophia)]
, [Domaniale]
Q015p Stein
[(Maurits)]
, [Emma, Hendrik, Wilhelmina]
Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Laura, Julia]),
kwēǝršlāx (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Maurits]
Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Domaniale]),
kwęǝršlax (Q033p Oirsbeek
[(Emma)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
kwę̄.ǝršlā.x (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
kwę̄rslāx (L374p Thorn
[(Maurits)]
[Maurits]),
kwę̄ršlāx (Q111p Klimmen
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
, ... [Emma]
Q015p Stein
[(Maurits)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
steengang:
stēngaŋ (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Emma, Hendrik, Wilhelmina]),
stęjngaŋk (Q015p Stein
[(Maurits)]
, ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]
L374p Thorn
[(Maurits)]
[Maurits]),
stęngaŋ (L265p Meijel
[(Emma / Maurits)]
[Maurits]),
štē.ga.ŋk (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Emma]),
štēgaŋ (Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
štēgaŋk (Q113p Heerlen
[(Emma)]
, ... [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]
Q117p Nieuwenhagen
[(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]
, [Laura, Julia]
Q033p Oirsbeek
[(Emma)]
, [Emma]
Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Domaniale]),
štējaŋk (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale]),
štēngaŋk (Q035p Brunssum
[(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]
[Emma, Maurits]),
štęjgaŋk (Q111p Klimmen
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
, ... [Maurits]
L433p Nieuwstadt
[(Maurits)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
štęjngaŋk (L426p Buchten
[(Maurits)]
, ... [Maurits]
Q021p Geleen
[(Maurits)]
, [Maurits]
Q016p Lutterade
[(Maurits)]
[Maurits]),
travers-banc:
travę̄rbã (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Zwartberg, Eisden])
|
De term steengang wordt in de Belgische mijnen gebruikt voor iedere gang die door het gesteente wordt aangelegd: "In Belgisch-Limburg zegt men "steengang" voor al de tunnels doorheen de steenrots gegraven" (Defoin pag. 29). In de Nederlandse mijnen maakt men een onderscheid tussen steengangen en steengalerijen. Een steengang is een mijngang in het gesteente, die dwars op de strijkrichting van de koollagen wordt gedreven. De koollagen worden door een steengang dus doorsneden. Een steengalerij daarentegen loopt evenwijdig aan de strijkrichting van de koollagen (zie ook het lemma Steengalerij): "In Nederlands-Limburg slaan de termen "gang" en "galerij" niet op de steenrots of op de kolenlaag, maar wel op de al dan niet haakse richting ten opzichte van de steenbanken, zodat men er steengangen en steengalerijen heeft" (Defoin pag. 29). [N 95, 180; N 95, 795; N 95, 372; monogr.; Vwo 298; Vwo 335; Vwo 735; Vwo 791]
II-5
|
27785 |
steengang met betonnen ondersteuning |
blokkenbouveau:
blokkenbouveau (Q012p Rekem
[(Zwartberg / Eisden)]
[Eisden]),
blǫkǝbuvō (L417p As
[(Zwartberg / Waterschei)]
, ... [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]
Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
blǫkǝbǝvō (L286p Hamont
[(Eisden)]
[Zwartberg, Waterschei]),
blǫkǝnbǝvō (L422p Lanklaar
[(Eisden)]
[Eisden])
|
Steengang met een ondersteuning vervaardigd uit betonblokken. [N 95, 342; N 95, 794; N 95, 289; Vwo 142]
II-5
|
27786 |
steengang met houten of ijzeren ondersteuning |
kaderbouveau:
kādǝrbuvō (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Eisden]),
kadersbouveau:
kādǝrsbǝvō (L422p Lanklaar
[(Eisden)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden])
|
Steengang die met houten of ijzeren steunelementen wordt ondersteund. [Vwo 403; N 95, 289]
II-5
|
27788 |
steenganghouwer |
bacneur:
baknø̜̄r (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Eisden]),
bouveleur:
buvlø̄r (L422p Lanklaar
[(Eisden)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
buvlø̜̄r (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Maurits]),
buvǝlø̄r (Q007p Eisden
[(Eisden)]
[Eisden]),
houwer in het steenwerk:
hø̜jǝr en ǝt štēwɛrk (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Winterslag, Waterschei]),
querslager:
kwę̄ršlę̄gǝr (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Emma, Maurits]),
steenganghouwer:
stēngaŋhǭwǝr (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Beringen]),
steenhouwer:
steenhouwer (Q000 Zie mijnen
[(Beringen)]
),
štēhø̜jǝr (Q121p Kerkrade
[(Wilhelmina / Domaniale)]
[Domaniale]),
štēhǫjǝr (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Wilhelmina, Domaniale]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale]),
štęjnhø̜jǝr (Q111p Klimmen [Domaniale]),
steenouvrier:
steenouvrier (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Zwartberg, Eisden]),
stinuvri (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
stēnuvri (Q012p Rekem
[(Zwartberg / Eisden)]
, ... [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]
Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Zolder])
|
Houwer die in het gesteente werkzaam is. Hij drijft daar niet alleen de steengangen, maar bijvoorbeeld ook pompenkamers en laadplaatsen. [N 95, 793; N 95, 927; Vwo 73; Vwo 183; Vwo 736; Vwo 740; monogr.]
II-5
|
28206 |
steengruis |
as:
as (L356p Grote-Brogel),
assen:
asǝ (L352p Hechtel, ...
Q088p Lanaken,
P051p Lummen,
P117p Nieuwerkerken,
K357p Paal,
P121p Ulbeek,
Q172p Vroenhoven,
Q078p Wellen,
Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
ãsǝ (Q002p Hasselt),
āsn (Q001p Zonhoven),
brikken:
briqn (Q168p ɛ'S-Herenelderen'),
brikkendrek:
brekǝndrɛk (Q093p Rosmeer),
brikkenschrot:
brekǝšrǫt (Q111p Klimmen),
brokkeljon:
bǫkǝljǫn (L312p Neerpelt),
fijne kiezel:
fijne kiezel (K360p Heusden, ...
L355p Peer),
finǝ kēzǝl (Q012p Rekem),
fīnǝ kizǝl (Q007p Eisden),
fīnǝ kēzǝl (Q011p Boorsem, ...
Q012p Rekem),
fijne steen:
fijne steen (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Domaniale, Wilhelmina]),
fijne steentjes:
fīn stinkǝs (L356p Grote-Brogel),
fīn stęi̯nkǝs (L356p Grote-Brogel),
fijns:
fiŋs (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Zwartberg, Waterschei]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale / Wilhelmina)]
[Domaniale]),
gekapte kiezel:
gǝkaptjǝ kēzǝl (L319p Molenbeersel),
gravi:
gravi (P219p Jeuk, ...
P183p Mielen-boven-Aalst,
Q183p Vreren,
Q155p Werm),
gravē (P057p Kuringen),
griezel:
grizǝl (Q086p Eigenbilzen),
grind:
grent (Q083p Bilzen, ...
L366p Gruitrode,
Q009p Maasmechelen,
Q090p Mopertingen,
L416p Opglabbeek,
L355p Peer,
Q012p Rekem),
griŋt (L368p Neeroeteren),
grēnjtj (L368p Neeroeteren),
grēnt (L286p Hamont, ...
L316p Kaulille),
gręi̯njtj (L424p Meeswijk),
gruis:
gruis (L422p Lanklaar
[(Eisden)]
[Maurits]),
grȳs (Q007p Eisden
[(Eisden)]
, ... [Maurits]
Q021p Geleen
[(Maurits)]
, [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]
Q016p Lutterade
[(Maurits)]
, [Maurits]
Q015p Stein
[(Maurits)]
, [Maurits]
L374p Thorn
[(Maurits)]
[Eisden]),
grø̜i̯ǝs (Q078p Wellen),
keien:
keien (K361p Zolder),
keitjes:
kęi̯kǝs (P176p Sint-Truiden),
kęi̯tjǝs (Q010p Opgrimbie),
kękǝs (P052p Schulen),
kiezel:
kezǝl (Q247p Sint-Martens-Voeren, ...
Q247a Sint-Pieters-Voeren),
kisǝl (L364p Meeuwen),
kizkǝl (Q077p Hoeselt),
kizǝl (L282p Achel, ...
Q072p Beverst,
Q083p Bilzen,
L317p Bocholt,
Q071p Diepenbeek,
Q007p Eisden,
Q004p Gelieren Bret,
Q173p Genoelselderen,
L352p Hechtel,
Q077p Hoeselt,
L414p Houthalen,
Q111p Klimmen,
K359p Koersel,
P057p Kuringen,
Q088p Lanaken,
P171p Landen,
Q009p Maasmechelen,
L312p Neerpelt,
L418p Niel-bij-As,
L415p Opoeteren,
L355p Peer,
Q093p Rosmeer,
P052p Schulen,
P058p Stevoort,
Q091p Veldwezelt,
Q075p Vliermaalroot,
Q005p Zutendaal),
kišǝ (L364p Meeuwen),
kēzǝl (Q011p Boorsem, ...
L372p Maaseik,
L319p Molenbeersel,
Q012p Rekem),
kīzęl (K315p Oostham),
kīzǝl (Q071p Diepenbeek, ...
Q173p Genoelselderen,
P050p Herk-de-Stad,
L414p Houthalen,
Q188p Kanne,
Q088p Lanaken,
P051p Lummen,
Q009p Maasmechelen,
Q180p Mal,
Q089p Martenslinde,
Q196p Mheer,
L416p Opglabbeek,
Q168a Rijkhoven,
Q158p Riksingen,
Q200p s-Gravenvoeren,
P052p Schulen,
Q154p Sint-Huibrechts-Hern,
Q020p Sittard,
Q171p Vlijtingen,
Q172p Vroenhoven,
Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
kīǝzǝl (L367p Neerglabbeek),
kiezelsteentjes:
kizǝlstenkǝs (K359p Koersel),
kleine steentjes:
klęi̯n stēntjǝs (Q011p Boorsem),
klęi̯n stęi̯nkǝs (L370p Kessenich),
klęi̯n stęi̯ntjǝs (Q011p Boorsem),
koolassen:
koolassen (L352p Hechtel),
kreien:
kręjǝ (Q117p Nieuwenhagen
[(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]
[Laura, Julia]),
kriezel:
krizǝl (P197p Heers, ...
P171p Landen,
P193p Mettekoven,
P183p Mielen-boven-Aalst,
P176p Sint-Truiden,
Q075p Vliermaalroot,
Q078p Wellen,
P172p Wilderen),
krīzǝl (P179p Aalst),
kriezelsteen:
krī.zǝlstęi̯n (Q156p Borgloon),
krīǝzǝlstęi̯n (P195p Gutschoven),
mul:
møl (Q168p ɛ'S-Herenelderen'),
pof:
puf (Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Julia]),
recoupe:
rǝkup (L417p As
[(Zwartberg / Waterschei)]
[Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]),
schermoelie:
sxɛrmuljǝ (P047p Loksbergen),
sintelen:
zentǝlǝn (L313p Sint Huibrechts Lille),
steengries:
štēgres (Q113p Heerlen
[(Emma / Oranje-Nassau I-IV)]
, ... [Domaniale]
Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Emma, Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
štējres (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Winterslag, Waterschei]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale]),
steengruis:
steengruis (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Emma, Hendrik, Wilhelmina]),
stingrø̜i̯s (Q002p Hasselt, ...
P046p Linkhout,
K361p Zolder),
stiǝngrys (L315p Kleine-Brogel),
stęi̯ngrø̜i̯ǝs (Q078p Wellen),
stęngrø̜i̯s (K314p Kwaadmechelen),
štē.grȳ.s (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Maurits]),
štēgrȳs (Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
štēngrȳs (Q035p Brunssum
[(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
štęjngrȳs (L426p Buchten
[(Maurits)]
, ... [Maurits]
Q111p Klimmen
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
, [Eisden]
L433p Nieuwstadt
[(Maurits)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
steenkatselen:
stē̜i̯katsǝlǝ (L423p Stokkem),
steenslag:
štęi̯šlāx (Q111p Klimmen),
steentjes:
stenkǝs (Q004p Gelieren Bret),
vliezen:
vlēzǝ (Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
wasberger:
wašbɛrgǝr (Q121a Chevremont
[(Julia)]
[Zolder])
|
Kleine stukjes steen waarmee men wegen bedekt. Voor een verklaring van het woordtype ɛbrokkeljonɛ zie men de toelichting bij het lemma ɛmokerɛ (WLD II.9, blz. 15) waarin ɛbrokkeljonɛ in verband wordt gebracht met het Franse ɛbriquallonsɛ en het Waalse ɛbricayonsɛ ø̄steenpuinø̄.' [L 24, 28a; monogr.] || Steen in verbrijzelde, verbrokkelde toestand. [N 95, 549; N 95, 795]
I-8, II-5
|
27766 |
steenhelling |
bouveau descenseur:
bouveau descenseur (Q000 Zie mijnen
[(Winterslag)]
[Zolder]),
bouveau montant:
bouveau montant (Q007p Eisden
[(Eisden)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
buvō mǫ̃tã (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Zolder / Houthalen / Zwartberg / Winterslag / Waterschei / Eisden)]
[Beringen, Houthalen, Zwartberg, Waterschei, Eisden]),
bǝvō montǫ̃ (Q000 Zie mijnen
[(Beringen / Houthalen / Zwartberg / Waterschei / Eisden)]
[Winterslag]),
stijgende querslag:
štigǝndǝ kwēršlāx (Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Domaniale]),
štījǝndǝ kwēršlāx (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Eisden]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale]),
èmontemint:
montmę̃ (Q000 Zie mijnen
[(Zolder)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden])
|
Stijgende gang in het gesteente, aangelegd om steenkoollagen boven het niveau van een verdieping te ontsluiten. [monogr.; Vwo 181; N 95, 517]
II-5
|
30022 |
steenkalk |
belgische leskalk:
bɛlgišǝ lɛskalǝk (Q035a Rumpen),
bluskalk:
bløskalǝk (L315p Kleine-Brogel, ...
L289b Leuken,
Q117a Waubach,
L289p Weert),
bløskālk (Q198a Mesch),
bløškalǝk (Q113p Heerlen),
blø̜skalǝk (L289p Weert),
blø̜škalǝk (Q121p Kerkrade),
doornikse kalk:
dȳrneksǝ kalǝk (L364p Meeuwen),
dōrneksǝ kalǝk (L431p Dieteren, ...
P056p Stokrooie),
gebrande kalk:
gǝbrandjǝ ~ (L382p Montfort),
gǝbrāndǝ kalǝk (Q197p Noorbeek, ...
Q197a Terlinden),
gekraakte kalk:
gǝkraktǝ kalǝk (K278p Lommel),
gemalen kalk:
gǝmālǝ kalǝk (L318b Tungelroy),
gewone kalk:
gǝwōnǝ kalǝk (Q111p Klimmen),
gewone kalksteen:
gǝwuwǝnǝ kalǝkstijǝn (K353p Tessenderlo),
hydraulische kalk:
hi`dōmišǝ kalǝk (Q222p Vaals),
kalk:
kalk (Q083p Bilzen),
kalǝk (Q011p Boorsem, ...
Q202p Eys,
L330p Herten,
Q028p Jabeek,
L316p Kaulille,
P057p Kuringen,
L372p Maaseik,
L364p Meeuwen,
Q022p Munstergeleen,
L387p Posterholt,
K353p Tessenderlo,
Q117a Waubach),
kalksteenkalk:
kalǝkstęjnkalǝk (L321p Neeritter),
kalkstenen kalk:
kalǝkstīǝnǝ kalǝk (P176p Sint-Truiden),
klotkalk:
klǫtkalǝk (L289b Leuken, ...
L289p Weert),
klottenkalk:
klǫtǝkalǝk (P176b Bevingen),
kluitkalk:
klȳtkalǝk (Q099q Rothem, ...
Q097p Ulestraten),
klūtkalǝk (L269p Blerick, ...
L291p Helden,
L290p Panningen,
L270p Tegelen),
landbouwkalk:
lant˱bǫwkalǝk (Q078p Wellen),
leskalk:
løskalǝk (Q003p Genk),
lø̜skalǝk (L210p Venray),
lęskalǝk (L320a Ell, ...
L318b Tungelroy),
lęškalǝk (Q193p Gronsveld),
lɛskalǝk (Q095p Maastricht, ...
Q001p Zonhoven),
lɛškalǝk (Q111p Klimmen, ...
Q015p Stein),
metselkalk:
mɛtsǝlkalǝk (Q018p Geulle),
poederkalk:
pujǝrkalǝk (L318b Tungelroy),
steenkalk:
stējǝnkalǝk (Q003p Genk),
štęjnkalǝk (Q111p Klimmen),
stofkalk:
stofkal(ǝ)k (P176p Sint-Truiden),
vetkalk:
vɛtkalǝk (L163p Ottersum),
witkalk:
wetkalǝk (Q020p Sittard),
zakje kalk:
zɛkskǝ kalǝk (P176p Sint-Truiden),
zakjeskalk:
zɛkskǝskalǝk (K278p Lommel)
|
Kalksoort die wordt verkregen door kalksteen, een voornamelijk uit koolzure kalk bestaand gesteente, in een kalkoven te branden. Steenkalk wordt meestal in ongebluste vorm op de bouwplaats aangeleverd. Volgens de invuller uit Q 98 werd de steenkalk vervaardigd uit 'gebrande kunderse steen' ('gǝbrandǝ køndǝrsǝ štęjn'). 'Kunder' ('køndǝr') is de locale benaming voor het plaatsje Kunrade bij Heerlen. Ruwe, nog niet bewerkte kalk werd in Q 121 'kalksteen' ('kalǝkštē') genoemd. [N 30, 28b; monogr.]
II-9
|
29752 |
steenkar |
bakwagen:
bakwǭgǝ (L163a Milsbeek
[(met burrie en kroon)]
),
brikkenkruiwagel:
brekǝkrawǭgǝl (Q083p Bilzen),
kruikar:
kruwkar (L372p Maaseik),
krykǝr (L290p Panningen),
kruiwagel:
krawǝl (Q083p Bilzen),
krawǭgǝl (Q083p Bilzen),
krø̜̜̄̄wāgǝl (P047p Loksbergen),
kruiwagen:
krø̄̄jwǭgǝ (L163a Milsbeek
[(met burrie en kroon)]
),
lorrie:
lǫri (L163a Milsbeek),
schurgkar:
šø̜rǝxkar (Q020p Sittard),
schurgskar:
šørǝxskar (L322a Nunhem),
šørǝxskā.r (Q017p Elsloo),
šø̜rǝxskar (Q111p Klimmen),
steenkar:
štęjnkar (Q111p Klimmen),
štɛ̄kār (Q121b Spekholzerheide),
wagonnetje:
wagǫŋskǝ (P176p Sint-Truiden
[(werd over spoor verplaatst)]
)
|
Kar of wagen waarmee de vormelingen naar de oven vervoerd werden en de gebakken stenen na het bakproces van de oven naar het tasveld gekruid werden. [N 98, 120; monogr.]
II-8
|