e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 646

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
big jong varken:   bek (Weert), bex (Afferden, ... ), bik (Maaseik), bęx (Sint-Truiden), (mv)  begǝ (Eksel, ... ), begǝn (Bilzen, ... ), rekruut: vgl. WBD III, 3.1 (blz. 376): big.  big (Klimmen, ... ), roep- en lokwoord voor een big:   beq (Tungelroy), bex (Blerick, ... ) I-12, III-3-1
bij bijenhal:   bi (Meerssen, ... ), bijenvolk:   bej (Heerlen, ... ), bi (Achel, ... ), bi-j (Asenray / Maalbroek, ... ), bij (Genk), bęj (Ysselsteyn), hommel: ook in ZND 01, a-m  bie (Hoepertingen, ... ), bij (Vroenhoven), slim:   bei zien (Maastricht, ... ), bie zin (Geulle), verstandig:   bi-j zien (Venray), wesp:   bi (Mettekoven), bie (Gingelom, ... ), zwerm:   bej (Hout-Blerick), bi (Ransdaal, ... ), bē.j (Eys), bęj (Heer) II-6, III-1-4, III-4-2
bik dubbele pik:   bek (Belfeld, ... ), hak:   bek (Montfort, ...  [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden] ), houweel:   bek (Baarlo, ... ), mager paard:   bek (Betekom, ... ), oud, versleten paard:   bek (Beringen, ... ), pik:   bek (Blerick, ... ), pikhouweel:   bek (Blerick, ... ), voedsel:   bik (Kapel-in-t-Zand, ... ), bïk (Tongeren), Dë héltëd wêr¯¯kë vùr dêe(në) bïk: de hele tijd werken voor de "bik  bïk (Tongeren), Me mót toch maar aldaag veur dae bik zorge Is-ter ouch get in hoesveur de bik: weinig gebruikt  bik (Roermond) I-13, I-5, I-9, II-5, II-8, II-9, III-2-3
bil bil:   (bil) (Buggenum, ... ), bel (Achel, ... ), bEl (Leunen, ... ), bel (Linkhout, ... ), belj (Hasselt, ... ), bil (Achel, ... ), bille (Jeuk, ... ), billen (Peer, ... ), billə (Roermond, ... ), bul (Houthalen, ... ), bél (Kinrooi, ... ), bìl (Geysteren, ... ), bìllə (Meerssen, ... ), bøl (Helchteren, ... ), bęl (Kinrooi), Achterwerk: kont, vot, achterwerk, wan.  bil (Venray, ... ), Bovenste deel van het been.  bil (Well, ... ), dij".  bil (Hasselt, ... ), Moeilijk leesbaar.  bellen (Lauw, ... ), Mogelijkheid onderlijnd in vraagstelling.  bil (Loksbergen, ... ), NB: bats is vlgs. de informant boven dijbeen.  bil (Jeuk, ... ), NB: bats is volgens de informant "kuit".  bil (Hechtel, ... ), Nu.  bil (Zutendaal, ... ), Vereenvoudigd fonetisch schrift. Een streepje boven een klank of tweeklank geeft de Limburgse sleeptoon aan.  bil (Kuringen, ... ), breekhamer:   bel (Montfort), brug:   bel (Broekom), dij:   bel (Beringen, ... ), bellən (Neerpelt), belə (Beverlo, ... ), belən (Overpelt), beͅl (Zonhoven), bil (Aalst-bij-St.-Truiden, ... ), bille (Asenray/Maalbroek), billə (Heers, ... ), bilən (Eksel), bul (Bree), Bovenstuk dijbeen.  bil (Wellerlooi), dij wordt volgens de informant niet gebruikt.  bil (Merselo), Meer gebruikt.  belə (Paal), mestkalf:   bel (Holtum, ... ), onvruchtbare koe:   bel (Rotem), schenkel:   bel (Neerpelt), bill (Ell) I-11, I-9, II-3, II-9, III-1-1, III-2-3
bis staart:   be.s (Zonhoven), bes (As, ... ), bez (Beek, ... ) I-12
bit bit:   bet (Kerensheide, ... ), bēt (Nunhem), bitstang:   bet (Nuth, ... ), gebit:   bit (Tegelen) I-10, III-1-1
blo schuchter: ook materiaal znd 21, 36  blo (Martenslinde), bloo (Wijchmaal) III-1-4
boa stola: Van Dale: boa, 2) rolrond halsbond, ook wel van veren gemaakt: een veren boa.  boea (Amstenrade) III-1-3
bob boterham (kinderwoord):   bob (Meeuwen), böp (Nederweert), Syst. WBD  böp (Nederweert), verzamelfiche, ook mat. van ZND 3 vraag 9  bob (Bocholt, ... ), boōp (Opglabbeek), böb (Neeroeteren), jongen:   boep (Sittard) III-2-2, III-2-3
bod bod:   bod (Born, ... ), bod doon (Schimmert), bot (Beesel, ... ), bòd (Loksbergen, ... ), bòt (Maastricht, ... ), bód (Gulpen, ... ), bót (Heerlen, ... ), bôd (Hoensbroek), ⁄n bod (Blerick), ⁄t bod (Klimmen, ... ), o.  boͅ.t (Eys), eerste opbod:   ne bowət (Kortessem), hoog:   bod (Meerlo), en bod (Oirlo) III-3-1