e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 140309
TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
niffelregen motregen, fijne regen: (m.)  nufəl rjeͅŋəl (Wintershoven) III-4-4
nigel bolderik: (onderstreept bij de gesuggereerde woorden)  nichel (Jeuk), [Agrostemma (lynchis) githago], naast egel  nīēgël (Tongeren) III-4-3
nijd afgunst:   nait (Nieuwenhagen), nèèd (Gulpen), getob; tobben: ook materiaal znd 23, 78: "Wanneer iets na lang proberen maar niet wil lukken zegt men: wat een ....., gesukkel  neet (Borgloon), nijdnagel:   neet (Beek), niët (Gronsveld), nīēt (Mheer) III-1-2, III-1-4, III-3-3
nijdas knorrepot:   niedas (Caberg), persoon met een lastig karakter: Vraag 383 is dubbel (dus 2 x 97 moet nog worden opgesplitst in twee lemmata: "persoon met een lastig karakter"; "een niet gemakkelijk, lastig karakter hebbend  ⁄ne nīēdas (Caberg) III-1-4
nijdentrekker ophaler:   nɛjǝtrękǝr (Klimmen) II-11
nijdhamer klinkhamer:   nęjhamǝr (Spekholzerheide) II-11
nijdig boos:   néjəch (Lommel), driftig:   niedig (Venlo), néjəch (Lommel), minachten; minachtend:   naidieg (Kerkrade) III-1-4
nijdig lopen driftig lopen:   neͅjəg lōpə (Lommel) III-1-2
nijdnagel nijdnagel:   ni:tne:gələ (Maastricht), nietnagel (Maastricht, ... ), nietnagels (Heusden), nietnēchəl (Maastricht), nijdnagel (Houthalen, ... ), nijdnagels (Oostham), nitnagəl (Neerpelt), nīētnagel (Mheer), nītnāgəl (Opglabbeek), nytnägəl (Linde) III-1-2
nijdoor knorrepot:   niedoer (Caberg) III-1-4